Ethno-psychopharmacology
John Cade is beroemd geworden door zijn observaties over het effect van lithium bij manische patiënten. Minder bekend zijn zijn observaties dat Aziatische patiënten gevoeliger zijn voor de bijwerkingen van lithium en ook voor die van de tricyclische antidepressiva. Daarnaast nam hij waar dat Aziatische patiënten al op lagere doseringen van een tricyclisch antidepressivum reageerden dan blanke patiënten. We weten nu dat dit samenhangt met een hoger percentage van variantallelen van het cytochroom P450-iso-enzym 2C19 (cyp2c19) bij de Aziatische populatie. Dit resulteert in een afname van de demethylering, wat leidt tot afgenomen klaring en toegenomen concentratie van enkele tricyclische antidepressiva zoals amitriptyline en imipramine. Pas sinds medio jaren tachtig is er een systematische belangstelling voor de farmacogenetica en is duidelijk dat de verschillende bevolkingsgroepen verschillende mutaties hebben in enzymen die coderen voor metaboliserende enzymen (zoals het cytochroom P450-enzymcomplex) en transporteiwitten (zoals het P-glycoproteïne). Ethno-psychopharmacology beschrijft de verbanden die er zijn tussen etniciteit en het metabolisme van psychofarmaca, tussen etniciteit en serotoninetransporteiwitten, serotoninereceptor en noradrenalinereceptor. Er is aandacht voor de blanke en de Aziatische populatie en voor de Afro-Amerikaanse populaties. Niet alleen de westerse geneesmiddelen worden besproken, maar ook de traditionele kruiden. Het boek besluit met een grafisch overzicht van alle factoren die de inter-etnische verschillen in respons op therapie bepalen en welke (bescheiden) plaats de farmacogenetica daarin inneemt. Het boek is een aardige informatiebron voor de psychiater die geïnteresseerd is in de vele factoren die spelen bij de behandeling van patiënten afkomstig van andere culturen.
D.J. Touw