International Outcome Measures in Mental Health. Quality of life, needs, service satisfaction, costs and impact on carers
Het gebruik van meetinstrumenten in de dagelijkse praktijk van de patiëntenzorg wint heel langzaam terrein. Dat is een gunstige en ook noodzakelijke ontwikkeling. Wie er ervaring mee heeft, zal beamen dat het gebruik van meetinstrumenten de behandelrelatie zeer ten goede kan komen. Mits gebruiksvriendelijk, past het samen invullen en beoordelen van de uitkomsten van een instrument op natuurlijke wijze in een behandelrelatie waarbij er samengewerkt wordt in plaats van dat er aan de patiënt gesleuteld wordt. Zeker bij de meer ernstige of chronische stoornissen is het kunnen tot stand brengen van een relatie waarbij de patiënt medeverantwoordelijk is voor de behandeling essentieel. Andere voordelen van het gebruik van instrumenten zijn dat het beloop of de effecten van een behandeling beter worden bijgehouden, dat de kans dat het beleid ook daadwerkelijk beïnvloed wordt door de resultaten van behandeling groter wordt en dat de kwaliteit van ons werk in kaart gebracht kan worden. Dit boek past in de genoemde ontwikkeling. Het is een verslag van een door de eu gefinancierd project, waarbij vijf instrumenten voor uitkomstindicatoren van de zorg voor de meer chronische en ernstige psychiatrische stoornissen zijn onderzocht. Het gaat vooral om patiënten met schizofrenie. Het acroniem van het onderzoek is epsilon (European Psychiatric Services; Inputs Linked to Outcome domains and Needs) (voor wie via Medline wil zoeken naar publicaties). Vanuit Nederland deden de collega's uit het Academisch Medisch Centrum Amsterdam mee aan dit onderzoek. De vijf instrumenten zijn in Europa, binnen verschillende taalgebieden, ontwikkeld. Het gaat achtereenvolgens om instrumenten voor het meten van: (1) de zorgbehoefte van de patiënt (Camberwell Assessment of Need, can); (2) de gevolgen van de stoornis voor familie of andere naasten (Involvement Evaluation Questionnaire, ieq); (3) tevredenheid met de geboden zorg (Verona Service Satisfaction Scale, vsss); (4) de kwaliteit van leven van de patiënt (Lancashire Quality of Life Profile, lqolp); en (5) het gebruik van zorg en de kosten (Client Sociodemographic and Service Receipt Inventory, cssri). Alle vijf de instrumenten zijn in vijf talen vertaald (in het Engels, Nederlands, Italiaans, Deens en Duits). Er is alles aan gedaan om te zorgen dat de instrumenten hun betrouwbaarheid en validiteit in de vijf taalgebieden behielden. Het boek is opgebouwd uit een algemeen deel waarin de achtergrond van het project is beschreven, gevolgd door vijf delen waarin de vijf instrumenten afzonderlijk aan de orde komen. Men heeft veel moeite gedaan om de meer technische en methodologische stukken toegankelijk te maken. De wetenschappelijk geïnteresseerde lezer zal veel leren over het meten van de genoemde dimensies van uitkomsten van zorg voor severe mental illness. Het is daarmee een boek dat vooral interessant is voor de lezer die overweegt zelf onderzoek te doen of die de genoemde instrumenten routinematig wil integreren in de zorg. Voor deze lezers is het van harte aanbevolen.
A.T.F. Beekman