Boekbespreking
Manische symptomen bij patiënten met depressie en/of angststoornissen: een NESDA-kernproject
B. Van Den Berg, B.W. Penninx, F.G. Zitman, W.A.
Nolen
s-12
Bij een derde van de patiënten met een bipolaire stoornis duurt het meer dan tien jaar na het ontstaan van de eerste symptomen voordat de correcte diagnose wordt gesteld. De meest gestelde incorrecte diagnose is een unipolaire depressie; vaak wordt bij een depressieve patiënt nagelaten te vragen of er ooit manische of hypomane episoden zijn geweest. In nesda worden patiënten met een klinisch herkende bipolaire stoornis uitgesloten. In nesda wordt de Mood Disorder Questionnaire (Stemmingsstoornissenvragenlijst, mdq) afgenomen, een screeningsinstrument met een sensitiviteit van 0,73 en een specificiteit van 0,90 (Hirschfeld e.a. 2000) voor bipolaire stoornis. Uit een voorlopige analyse gebaseerd op ruim 2.000 respondenten blijkt dat zo'n 15% van de nesda-respondenten positief scoort op de mdq, en dus mogelijk toch een bipolaire stoornis heeft. De kenmerken van de mdq-positieven ten opzichte van de mdq-negatieven worden gepresenteerd. De mdq-positieven hebben onder meer ernstigere depressieve symptomen, vaker een voorgeschiedenis van recidiverende depressies en vaker comorbide angststoornissen.