Brain Imaging Handbook
Hersenbeeldvorming speelt toenemend een belangrijke rol in de studie van de pathofysiologie, diagnostiek en behandeling van psychiatrische ziektebeelden. Bremner heeft omtrent deze materie een zeer uitgebreid wetenschappelijk curriculum en heeft zichzelf als doel gesteld een begrijpelijk overzicht te geven van de huidige stand van zaken van hersenbeeldvorming in de psychiatrie Het boek is inhoudelijk verdeeld in drie grote delen en telt negen hoofdstukken. In het eerste deel beschrijft de auteur de recente historie van de beeldvorming en wijst er op hoe 'jong' mri, spect en pet nog zijn. Daarna volgt een korte en bevattelijke bespreking van de verschillende beeldvormingmodaliteiten, en daarna volgt een summiere bespreking van de neuroanatomische lokalisaties, zoals amygdala en hippocampus, en neurochemische substraten, zoals neurotransmitters en hun receptoren. Deze tekst is helder geschreven maar te eenvoudig voor de geïnteresseerde psychiater. In het tweede hoofdstuk van dit deel geeft de auteur een overzicht van de ontwikkeling van het brein gedurende het hele leven en de bijdrage van de beeldvorming hierbij. Dit heldere overzicht blinkt uit door didactische eenvoud. Het derde hoofdstuk vormt een toepassing van de twee vorige: het bespreekt de kennis opgebouwd uit de hersenbeeldvorming over hersencircuits die betrokken zijn bij cognitieve en emotionele processen. In de volgende hoofdstukken geeft de auteur een overzicht van de bijdragen uit de beeldvorming aan de kennis van de psychiatrische ziektebeelden. Hij volgt hier trouw de dsm-indeling. Kinderpsychiatrische stoornissen, schizofrenie, stemmings- en angststoornissen, 'het verslaafde brein' maar ook de persoonlijkheidsstoornissen staan in helder geschreven hoofdstukken. De auteur neemt duidelijke standpunten in, wat de didactische helderheid ten goede komt maar de hoge complexiteit en genuanceerdheid van de bevindingen onvoldoende beklemtoont. Niettemin is dit voor de opzet van het boek de juiste keuze. Het negende hoofdstuk, over neurologische stoornissen en de differentiële diagnose met psychiatrische ziektebeelden is uitstekend en ook bruikbaar voor de klinische praktijk. Het boek is verder rijkelijk in kleur geïllustreerd, wat de leesbaarheid zeer bevordert. De illustraties zijn soms wat slordig, zo ontbreekt bij de functionele beeldvorming telkens de ijkschaal die procentueel aangeeft wat de kleurverschillen betekenen. Dit is jammer. In het algemeen is dit boek bijzonder didactisch geschreven, aangenaam om te lezen en biedt een mooi overzicht. Voor de psychiater is het te sterk vereenvoudigd, maar voor de jonge arts in opleiding tot psychiater is het een ideale gelegenheid tot pootjebaden in deze complexe materie. Het boek is zeker ook vlot leesbaar voor huisartsen en niet-medici met interesse in de neurobiologie van psychiatrische stoornissen.
K. Audenaert