Groepstherapie met vluchtelingen: transculturele praktijk
Het behandelen van vluchtelingen in groepen is geen sinecure: taalproblemen, grote culturele verschillen tussen patiënten binnen een groep, een grote diversiteit qua sociale positie in het land van herkomst en een achterdochtige grondhouding maken het er niet makkelijker op om deze doorgaans getraumatiseerde patiënten adequaat in een groep te kunnen behandelen. De auteurs die aan de voorliggende bundel hebben bijgedragen, zijn die uitdaging aangegaan. In dit boek zijn de problemen - en de gevonden oplossingen - ten aanzien van de groepstherapie van asielzoekers neergelegd. Het biedt een behoorlijk overzicht van de opgedane groeps(psycho)therapeutische ervaringen op dit gebied in Nederland. Rohlof geeft in zijn eerste hoofdstuk vier thema's aan die vluchtelingen delen en die daardoor het lotgenotengevoel en de groepscohesie kunnen bevorderen: de gedwongen migratie, de acculturatieproblemen, de traumatisering en de sociaal gemarginaliseerde positie in Nederland. In het volgende hoofdstuk zet Haans de belangrijkste ins en outs van de groepsbehandeling van getraumatiseerde patiënten op een rij. De bundel vervolgt met bijdragen over een voorzorggroep met de nadruk op psycho-educatie, twee bijdragen over dagbehandeling in groepsverband en een bijdrage over een klinische groep. Het betreft een weergave van de opgedane ervaringen bij de in vluchtelingen gespecialiseerde ggz-instellingen 'de Vonk' in Noordwijkerhout en het behandelcentrum voor vluchtelingen van de GGz 's-Hertogenbosch. Voor hulpverleners die overwegen om een groepsbehandeling te starten is er een leerzame bijdrage van de GGz Winschoten waarin in detail de opzet en inhoud van een open doorlopende groepstherapie voor Armeense vrouwen wordt weergegeven. Tot slot zijn er bijdragen opgenomen over sociotherapie met groepen vluchtelingen, over groepswerk met vluchtelingenjongeren, en over een dagbehandeling in Duitsland die vanuit de actietheorie vormgegeven wordt. De bundel behandelt een vrij gespecialiseerd thema dat desondanks niet alleen lezenswaardig is voor groepstherapeuten die met vluchtelingen (willen gaan) werken, maar ook voor hulpverleners die individueel of in gezinsverband vluchtelingen behandelen. Al lezend krijgt de lezer veel nuttige informatie over tal van praktische problemen en oplossingen, bijvoorbeeld over het inzetten van tolken, het creëren van monoculturele of multiculturele groepen, specifieke overdrachts- en tegenoverdrachtsverschijnselen, potentiële valkuilen en genderonderwerpen.
Het oordeel van alle auteurs is nagenoeg eensluidend: groepsbehandeling is effectief. In evidence- based termen stijgt het niveau van bewijsvoering echter niet uit boven het vierde ofwel laagste niveau: de mening van experts. De uitdaging die er dan ook ligt is het doen van goed empirisch, liefst vergelijkend onderzoek bij deze therapievorm en deze doelgroep. Verder is er in deze bundel te weinig aandacht voor de fundamentele vraag in hoeverre een in het westen ontwikkelde therapievorm, te weten de groepspsychotherapie, aansluit bij de culturele achtergrond van de patiënten die deze therapie ondergaan.
M.H. Braakman