Transference-focused psychotherapy bij borderline persoonlijkheidsstoornis. Overdrachtsgerichte psychoanalytische psychotherapie
Deze therapiehandleiding in verband met de overdrachtsgerichte behandeling van borderline patiënten met een borderline persoonlijkheidsstoornis (transference-focused psychotherapy, tfp), geschreven door de groep van Kernberg, wordt ingeleid door psychoanalyticus Paul Wijts. tfp is een empirisch bewezen effectieve behandeling: na 1 jaar behandeling daalt suïcidaal gedrag met meer dan 50%. Bovendien is tfp zeer kostenbesparend vanwege de dramatische vermindering in medische consumptie. De sessies vinden plaats met een frequentie van 2 keer per week bij een psychoanalytisch psychotherapeut en dit over lange tijd. Na de assessment-fase (het structurele interview), volgt de contractbespreking. Typisch tijdens de eigenlijke therapie is het optreden van een chronische paranoïde overdracht waarbij de patiënt ervan uitgaat dat het toegeven aan het verlangen naar emotionele nabijheid met een ander die niet perfect is, zal leiden tot verlating en/of misbruik. De patiënt voelt zich alleen maar veilig als hij de relatie kan controleren. Bij narcistische patiënten met een borderline persoonlijkheidsstoornis gaat een psychopathische overdracht aan de paranoïde vooraf: dergelijke personen omhullen zich met een sadistisch grandioos zelf dat zich teweerstelt tegen een zwakker maar gezonder deel dat een afhankelijke relatie met een ander wil.In het boek wordt geïllustreerd hoe objectrelationele dyades worden gewisseld en geëxternaliseerd in de therapeutische relatie. Zo kan een patiënt de therapeut voortdurend beschuldigen dat deze koud en wreed is, terwijl hij anderzijds angstig reageert wanneer een sessie wegvalt. Dit is een manifestatie van de interne splitsing. Ook kan een intense erotisering van de therapeutische relatie zeer destructieve neigingen overdekken. Tijdens zijn werk dient de therapeut informatie afkomstig uit de drie communicatiekanalen (verbaal, non-verbaal, tegenoverdracht) te integreren en een vast kader aan te bieden. In een goed lopende therapie ontstaat er na verloop van tijd een verschuiving van een chronische paranoïde overdracht naar een depressieve overdracht. In het laatste geval wordt de ander ervaren als liefdevol en zorgzaam en verdraagt men dat de ander niet perfect is. De waardering van de ander kan dan samengaan met gevoelens van frustratie. De therapeut dient in staat te zijn intense affecten te absorberen en kordaat te confronteren en te duiden, meestal aansluitend op overtredingen van het therapeutisch contract. Tevens wordt voortdurend gelet op bedreigingen van de behandeling (vooral op suïcidesignalen). Soms wordt de familie in de behandeling betrokken (o.m. tijdens het assessment-proces) om hen duidelijk te maken dat de therapeut geen zelfmoord kan voorkomen. Korte opnames zijn nodig wanneer men in een ageerspiraal dreigt te belanden. De therapeut dient in het contract te voorzien hoe de continuïteit van de zorgen wordt verzekerd in geval van afwezigheid.Dit boek is verplichte literatuur voor elke klinische psychiater of psychotherapeut die met patiënten met een borderline persoonlijkheidsstoornis in contact komt. Sommige tekstfragmenten zijn stroef vertaald. Bij de eindredactie werden ook zetfouten over het hoofd gezien. Maar deze enkele minpunten doen niets af aan de bijzondere inhoudelijke kwaliteit van dit boek.
M. Hebbrecht