Erfelijkheid en omgevingsinvloeden bij psychiatrische stoornissen
achtergrond In de afgelopen jaren is naar alle belangrijke psychiatrische stoornissen kwantitatief genetisch onderzoek gedaan. Bij de interpretatie van de bevindingen is het van belang de mogelijkheden en de beperkingen van dit onderzoek te kennen.
doel Bespreken van basisbegrippen en bevindingen uit kwantitatief genetisch onderzoek en de betekenis ervan voor een beter begrip van het ontstaan van psychiatrische aandoeningen.
methode Literatuuronderzoek naar (kwantitatieve) genetica van psychiatrische aandoeningen met Medline (1990-februari 2006) en bestudering van standaardwerken.
resultaten Psychiatrische stoornissen zijn voor 30-85% erfelijk bepaald. Daarnaast heeft de niet-gedeelde, voor elk individu unieke, omgeving grote invloed op het fenotype. De invloed van de gedeelde (gezins)omgeving blijkt beperkt of afwezig te zijn. Resultaten van kwantitatief genetisch onderzoek zijn tijds- en omgevingsspecifiek en niet per definitie generaliseerbaar naar andere populaties. Er kan ook sprake zijn van een correlatie of een interactie tussen genetische factoren en omgeving bij het tot stand komen van het fenotype. Door de gebruikte statistische technieken komt dit slechts ten dele tot uitdrukking in de resultaten.
conclusie Kwantitatief genetisch onderzoek heeft een indrukwekkende bijdrage geleverd aan de onderbouwing en de kwantificering van de erfelijkheid van verschillende psychiatrische aandoeningen. Per definitie geeft kwantitatief genetisch onderzoek ook altijd een beeld van de omgevingsinvloeden.