‘Zegt u het maar, u bent de dokter’; patiënten op langdurige psychiatrische verblijfsafdelingen over hun medicatie
achtergrond Hoewel patiënten centraal horen te staan in de zorg, is het bij ouderen met chronische psychiatrische aandoeningen de vraag of behandelaars voldoende op de hoogte zijn van de visie van patiënten.
doel Inzicht krijgen in de mening en kennis van de oudere, langdurig opgenomen psychiatrische patiënt over diens medicatiebeleid en gezondheidsprioriteiten.
methode Bewoners van een psychiatrische verblijfsafdeling voor ouderen werden geïnterviewd over parate kennis van hun huidige medicatie, gezondheidsprioriteiten en voorkeuren in medicatiewijzigingen. Ook werd de Patient’s Attitude Towards Deprescribing (patd) afgenomen. De voorkeuren voor medicatiewijzigingen werden vergeleken met die van de betrokken behandelaars.
resultaten 47 patiënten (mediane leeftijd 67 jaar, mediaan 11 medicijnen) werden geïnterviewd. Hun parate kennis was gemiddeld 37%. Bijna 64% vond alle medicijnen noodzakelijk en 77% stond open voor minder medicatie wanneer de arts zei dat dit mogelijk was. Voorkeuren voor vermindering van medicatie kwamen bij circa 80% van de patiënten niet overeen met die van voorschrijvers.
conclusie Patiënten staan grotendeels open om medicijnen te verminderen, maar wachten het oordeel van hun arts af. Ze hebben weinig kennis over hun medicatiegebruik. Voorkeuren van patiënt en behandelaar komen vaak niet overeen. Een gesprek met patiënten over de behoefte aan educatie en behandelvoorkeuren zou onderdeel moeten worden van de periodieke medicatiereviews met het doel medicatie te minderen en patiënt centrale zorg te leveren.