Tijd voor cluster C-persoonlijkheidsstoornissen: state of the art
achtergrond In vergelijking met cluster B-persoonlijkheidsstoornissen is er in onderzoek en in de klinische praktijk weinig aandacht voor de diagnostiek en behandeling van mensen met dwangmatige, afhankelijke en vermijdende persoonlijkheidsstoornissen (cluster C).
doel Een overzicht geven van de actuele stand van zaken van de kennis over cluster C-persoonlijkheidsstoornissen.
methode Een systematische literatuursearch werd uitgevoerd in de belangrijkste databases.
resultaten Cluster C-persoonlijkheidsstoornissen komen bij 3-9% van de algemene bevolking voor. Bij ongeveer de helft van de stemmings-, angst- en eetstoornissen komt er comorbide cluster C-problematiek voor. Dit heeft grote invloed op het beloop van symptomen, de effectiviteit van behandeling en de kans op recidief. Er bestaan nauwelijks goed uitgevoerde gerandomiseerde studies naar de behandeling van cluster C-persoonlijkheidsstoornissen. Open cohortstudies laten sterke en blijvende behandeleffecten zien.
conclusie Gezien het frequent voorkomen van cluster C-persoonlijkheidsstoornissen, de ziektelast, maatschappelijke kosten en de gevolgen voor de prognose bij comorbiditeit is veel winst te boeken als cluster C-problematiek tijdig herkend en behandeld wordt.