De betekenis van opname in de behandeling van patiënten met persoonlijkheidsstoornissen uit het borderline-spectrum
Over de betekenis van een klinische opname in het kader van de behandeling van patiënten met een borderline-persoonlijkheidsstructuur bestaat veel verschil van mening. Steunend op de literatuur enerzijds en de eigen ervaring anderzijds, tracht de auteur tot een behandelstrategie te komen op basis van een gedifferentieerde spectrumvisie met betrekking tot het niveau van pathologie bij deze patiëntenpopulatie.
Hij beschrijft een aantal criteria voor de beoordeling van het niveau van pathologie en licht deze nader toe aan de hand van voorbeelden. Deze criteria houden verband met het integratievermogen van de patiënt, voor zover dit is af te leiden uit de kwaliteit der objectrelaties, de behandelrelatie, de objectconstantie, het zelfbeeld, het regressief potentieel, de egodefecten en de superegodefecten. De betekenis van opname tijdens de behandeling wordt beschreven in relatie tot vier integratieniveaus.
Tevens worden enkele praktische punten rondom het opnamegebeuren onder de aandacht gebracht.