Addiction in the older patient
Ik raad dit boek aan voor iedereen die meer wil weten over middelenmisbruik bij vijftigplussers. Het is helder geschreven, overzichtelijk en heeft duidelijk afgebakende hoofdstukken. Het boek is evenwichtig samengesteld uit praktische informatie en een overzicht van de bestaande literatuur. Naast alcohol worden ook de andere middelen besproken, zoals opioïde pijnstillers, sedativa, cannabis en harddrugs.
Het eerste hoofdstuk betreft een introductie, waarin ingegaan wordt op de omvang van het probleem van middelenmisbruik bij oudere volwassenen.
Het tweede hoofdstuk gaat over de herkenning van verslaving bij ouderen. De auteurs waarschuwen voor de lage sensitiviteit van de dsm-5-criteria bij ouderen, waardoor zij minder snel aan de diagnose van middelenmisbruik voldoen, maar wel degelijk negatieve biologische, psychologische en sociale gevolgen ervaren.
Hazardous drinking, gedefinieerd als een risicovol patroon van drinken dat een medische conditie veroorzaakt of verslechtert, behandeling compliceert en nadelige effecten van medicijnen veroorzaakt, vinden zij een meer bruikbaar concept bij ouderen.
In hoofdstuk 3 worden de kortdurende interventies bij alle vormen van middelenmisbruik besproken. Ondanks het beperkt wetenschappelijk bewijs van met name de langetermijneffecten zijn de auteurs van mening dat een kortdurende interventie de eerste stap is na screening van een oudere met middelenmisbruik, en dat deze interventie ingebed dient te worden in een zorgkader voor middelenmisbruik zoals casemanagement, individuele, systeem- en groepsinterventies. Zij benoemen verschillende contextuele factoren (chronologische versus fysiologische leeftijd, kenmerken babyboomgeneratie, levensperspectief, beginleeftijd (age of onset) en eerdere behandelervaring) die van invloed zijn op de behandeling.
Daarna volgen vier aparte hoofdstukken over alcohol, opiaten, cannabis, nicotine en stimulantia en benzodiazepines.
In het hoofdstuk over assessment valt enige herhaling te bespeuren. Daarentegen bevat het ook veel praktische informatie, zoals de fysiologische effecten van een middel en interacties met medicijnen.
Er is een apart hoofdstuk voor behandelopties en op technologie gebaseerde interventies. Doordat er maar weinig aparte zorgprogramma’s voor ouderen met middelenmisbruik bestaan, adviseren de auteurs om gebruik te maken van effectieve behandelingen uit de volwassenenzorg en deze aan te passen aan de oudere patiënten. Zij realiseren zich dat dit meer opleiding en bewustwording vereist onder hulpverleners die met ouderen werken.
Het verheugt mij dat de auteurs een apart hoofdstuk hebben geschreven over sekseverschillen bij verslaving. Oudere vrouwen vormen een extra kwetsbare groep met unieke risicofactoren en medische en psychiatrische comorbiditeit, waarbij mogelijk nog meer onderdiagnostiek en onderbehandeling speelt.
Kortom, een mooi en praktisch handboek, dat ik zeker ga gebruiken.
D. Schoonbrood, ouderenpsychiater, Amsterdam