Beterweters. Van lastige naar optimale interacties in de (g)gz
Beterweters vind je overal, onder behandelaren net zo goed als onder patiënten. Er is wel een verschil. Patiënten hebben het recht om lastig te zijn. Behandelaren die zich op de borst kloppen en bij een mislukte behandeling allerlei uitvluchten zoeken om zichzelf vrij te pleiten en de patiënt de schuld geven van de mislukking (niet gemotiveerd, non-compliance, weerstand tegen verandering, geen inzet tonen, secundaire ziektewinst, karakterneurose) moeten worden heropgevoed. Ze moeten de kunst in de vingers krijgen om met alle patiënten, ongeacht hun problematiek of persoonlijkheidsstructuur, een werkrelatie aan te gaan. Dat is het onderwerp van dit boek: hoe kan een behandelaar lastige interacties ombuigen in optimale werkrelaties? Het boek bevat acht hoofdstukken; er zijn casussen (22) in verwerkt die de theorie verlevendigen en het geeft oefeningen die de lezer uitdagen om zichzelf onder de loep te nemen.
Het is een kunst om ingewikkelde zaken simpel uit te leggen. Daar is het de auteurs duidelijk om te doen. Maar slagen zij erin? Het gedachtegoed van de positieve psychologie ademt uit elke pagina en dat is het probleem: de nuance ontbreekt. Oude zekerheden die als basisvaardigheden van psychotherapie gelden, worden hier als gloednieuw verkocht. Ingewikkeldheden bij het ontstaan van psychiatrische problemen dreigen te verworden tot platitudes. Een paar voorbeelden (ik citeer): ‘de drie belangrijkste valkuilen van behandelaars zijn: onzekerheid, irritatie en ontmoediging’ (p. 46), ‘zes manieren om een behandeling te laten mislukken’ (p. 87), ‘zes manieren om een behandeling te laten slagen’ (p. 93).
Waar ik mij ronduit aan ergerde, waren uitspraken als: ‘de psychoanalyse (wordt) inmiddels als onwetenschappelijk gezien’ (p. 78), ‘tot voor kort was in de opleiding van behandelaars uitsluitend aandacht voor het diagnosticeren en repareren van pathologie, zwakheid en tekortkomingen. Zo werden ze ‘victimologists and pathologizers’.’
Het is een groot goed dat stigmatisering van psychiatrische patiënten door hulpverleners aan de kaak wordt gesteld. Maar dat moet niet leiden tot het stigmatiseren van hulpverleners. De auteurs moeten beter weten, het succes van een psychotherapeutische behandeling is voor 40% toe te schrijven aan patiëntfactoren (Greenberg 2012). Daar kan een therapeut maar weinig aan veranderen, ook al neemt hij of zij de positieve psychologie als uitgangspunt.
Lezers van dit boek moeten geen doorwrocht verhaal verwachten. Voor professionals in de ggz die zich willen laten inspireren door de positieve psychologie kan dit een eerste inleiding zijn. Ze moeten zich wel realiseren dat er veel oude wijn in nieuwe zakken wordt opgediend.
- Greenberg RP. Essential ingredients for successful psychotherapy. In: Dewan NJ, Steenbarger BN, Greenberg RP (red). The art and science of brief psychotherapy (2de ed.) Arlington: American Psychiatric Publishing; 2012.
M. Nijs, psychiater, Overasselt