Eigen kracht. Begeleide zelfhulp in de geestelijke gezondheidszorg
In tijden van de herstelbeweging, ervaringsdeskundigheid en empowerment, klinkt een boek met de titel Eigen kracht als een klok. Ik heb het boek dan ook met veel aandacht gelezen. Het betreft hier een leer- en werkboek, of zoals de auteur het zelf noemt: een lesboek. In het voorwoord spreekt de auteur over het belang van een verandering in attitude van de hulpverlener die noodzakelijk is om mensen aan te spreken in hun eigen kunnen en hen aan te moedigen deze kracht te gebruiken. Hij pleit voor het opnemen van een rol als leerkracht in plaats van de klassieke hulpverlener die te snel zijn of haar eigen kennis gebruikt en daarmee kennisontwikkeling bij cliënten in de weg staat. In eerste instantie lijkt me de vergelijking met een leerkracht ongelukkig: deze roept bij mij associaties op met eenzijdige kennisoverdracht. In de loop van het boek wordt echter snel duidelijk dat het hier gaat om een moderne leerkracht die zijn of haar leerlingen aanzet tot zelf zoeken en het ontwikkelen en gebruiken van hierdoor verworven zelfkennis.
Het boek is geschreven voor cliënten met psychische klachten en naastbetrokkenen. Daarnaast is het ook bruikbaar voor hulpverleners (voornamelijk sociaal-psychiatrisch verpleegkundigen en praktijkondersteuners van de huisarts voor geestelijke gezondheidszorg) en docenten. Het boek bevat vrij veel herhaling. Vanuit het perspectief van de cliënt of hulpverlener die het als leerboek gebruikt en die individuele hoofdstukken opnieuw wil doornemen, is dit een sterkte.
Het is een overzichtelijk boek met een heldere structuur en duidelijk afgebakende onderwerpen per hoofdstuk. Het vormt in feite de professionele voorbereiding op een cursus zelftherapie. Van hoofdstuk 1 tot en met 6 wordt het proces van probleemomschrijving en de daaruit voortvloeiende hulpvraag naar actieplan en begeleide zelftherapie beschreven. Dit vormt de kern van de methodiek. In de daaropvolgende hoofdstukken is er extra aandacht voor specifieke thema’s: verslavingszorg, de meldcode voor huiselijk geweld en kindermishandeling en culturele problematiek. Op het einde van het boek volgt er een synthese waarbij de methodiek een plaats krijgt binnen de context van de volledige geestelijke gezondheidszorg. Hoewel de methodiek in eerste instantie gericht is op de ambulante praktijk volg ik de auteur in zijn overtuiging dat ze ook een waardevolle aanvulling kan zijn binnen meer langdurige en/of klinische zorg.
Het boek is rijkelijk voorzien van oefeningen. De goed uitgewerkte casus die als een rode draad door het hele boek loopt, maakt de theorie meer tastbaar en zorgt ervoor dat het boek vlot leesbaar is. Ook de bij het boek horende website, waar gebruikte oefeningen als Wordbestanden zijn terug te vinden, is een nuttige en bruikbare aanvulling.
J. Kleinen