Ik voel me zo lelijk. Ingebeelde lelijkheid of Body Dysmorphic Disorder. In de reeks: zorgen voor jezelf
In het boek Ik voel me zo lelijk wordt de patiënt op een prettige toon direct geïnformeerd over body dysmorphic disorder ( bdd ). Het boek bestaat uit drie delen.
In het eerste deel geeft de auteur informatie over de stoornis en de behandeling. Hij legt helder uit dat het hebben van een afwijking aan het uiterlijk de diagnose bdd niet uitsluit en dat de preoccupatie, het emotionele leed en het gedrag bepalen of er sprake is van bdd .
In het tweede deel bespreekt de auteur nog een heikel punt: cosmetische ingrepen bij bdd . Hij stelt dat cosmetische ingrepen voor de patiënt met bdd schadelijk en zelfs gevaarlijk kunnen zijn. Verrassend genoeg volgt er geen negatief advies, maar het advies de cosmetische behandeling te combineren met een psychologische.
In het derde deel bespreekt de auteur gedragsmatige, cognitieve en op verwerking gerichte interventies. De informatie is afkomstig uit hoofdstuk 6 van het boek Body dysmorphic disorder . De rol van traumatische ervaringen wordt op een heldere manier toegelicht. Helaas wordt in de samenvatting verzuimd aan te geven dat het om traumatische ervaringen gaat die gerelateerd zijn aan de onvrede met het uiterlijk. De formulering (‘ …. het systematisch verwerken van elk trauma dat je in je leven hebt opgelopen ’) zou patiënten kunnen afschrikken.
Na het inhoudelijke deel volgt een aantal bijlagen waarvan niet duidelijk is hoe ze de lezer van nut zouden kunnen zijn. De vragenlijst die is opgenomen, is een gewijzigde versie van de vragenlijst van Baardman (1989). Het was nuttiger geweest als een gevalideerde screeningslijst was opgenomen (van Rood e.a. 2011).
Ondanks enkele kritische opmerkingen is de conclusie dat Van Heycop ten Ham een boek heeft geschreven waarmee hij tegemoetkomt aan de behoefte van de patiënten met bdd die in vertwijfeling thuis zich afvragen of ze bdd hebben of met rede zo ongelukkig zijn over hun uiterlijk. De informatie uit het boek kan deze patiënten helpen om de stap naar de hulpverlening te maken. Het boek is in deze vorm echter niet geschikt als zelfhulpboek.
Y. van Rood