Handbook of depression (2de druk)
De tweede editie van dit handboek is een update en uitbreiding van het Handbook of depression, dat in 2002 door dezelfde redacteuren werd samengesteld. In vergelijking met de eerste uitgave zijn er nieuwe hoofdstukken over depressie en gezondheid, het functioneren van kinderen van depressieve ouders en farmacologische en psychosociale behandelingen van de bipolaire stoornis.
De 29 hoofdstukken worden verzorgd door een grote schare Amerikaanse deskundigen en zijn ondergebracht in vier delen. In het eerste deel wordt ingegaan op beschrijvende aspecten, met inbegrip van epidemiologie, verloop en uitkomst, diagnostiek, methodologische onderzoekskwesties, persoonlijkheid, gezondheid en het verband tussen unipolaire en bipolaire depressie.
Modellen van depressie, met oog voor kwetsbaarheid en risico, komen in het tweede deel aan de orde. In een aantal hoofdstukken gaan auteurs in op erfelijkheid en neurobiologie, omdat deze onderzoeksbenaderingen op het vlak van depressie, volgens de redacteuren, in het afgelopen decennium de grootste groei gekend hebben. Hiernaast komen in andere hoofdstukken cognitieve en interpersoonlijke aspecten van depressie aan bod. Ten slotte wordt de invloed van stress en vroege ingrijpende levengebeurtenissen beschreven.
Het derde deel beschrijft de toename in kennis over depressie bij specifieke bevolkingsgroepen en culturen: kinderen, adolescenten en ouderen, geslachtsspecifieke aspecten, depressie bij echtparen en gezinnen. Besloten wordt met een hoofdstuk over suïcide.
Het laatste deel richt de aandacht op preventie en behandeling met hoofdstukken over farmacotherapie, cognitieve gedragstherapie, systeemtherapie en interpersoonlijke therapie bij depressie. Als aanvulling is er een hoofdstuk over farmacotherapie en psychosociale behandeling van de bipolaire stoornis. Het boek sluit af met een hoofdstuk over behandeling bij kinderen en adolescenten.
In zijn recensie van de eerste uitgave van dit handboek in dit tijdschrift beschreef Kupka in 2004 het relatieve overwicht van een psychologisch perspectief ten opzichte van een biologisch perspectief. Hoewel in de tweede editie het aantal artsen onder de auteurs heel beperkt blijft, is het aantal hoofdstukken over biologische onderwerpen toegenomen.
Het geheel komt dan ook evenwichtig over. De hoofdstukken zijn goed leesbaar en homogeen qua stijl en hebben een gedegen wetenschappelijke basis. Als boek ontsnapt de tweede editie evenwel niet aan het feit dat informatie snel veroudert: de recentste referenties in sommige hoofdstukken betreffen publicaties uit 2006. Daartegenover staat dat de redacteuren aan alle auteurs vroegen hun hoofdstuk af te sluiten met een bespiegeling over toekomstige ontwikkelingen, zodat het boek nog heel wat jaren waardevol zal kunnen zijn als referentie voor praktische en wetenschappelijke kennis over depressie.
Kees van Heeringen