Foundations of ethical practice, research, and teaching in psychology and counseling (2de druk)
Opmerkelijk van dit boek is dat het niet alleen gaat over hulpverlenen, maar ook over testen, onderzoek, onderwijs en supervisie. De schrijvers nemen het standpunt in dat er op deze terreinen vergelijkbare ethische kwesties spelen. Dit valt te verdedigen, bijvoorbeeld vanuit het perspectief van macht en afhankelijkheid. En ook in praktische zin: je zou een behandelplan en een supervisieovereenkomst kunnen zien als een vorm van informed consent .
De focus ligt op toegepaste ethiek, dat wil zeggen het oplossen van lastige ethische vragen met behulp van normatieve ethiek en meta-ethiek. Wetten, regels en codes van de beroepsverenigingen zijn hierbij van belang, maar kunnen ten onrechte de suggestie wekken dat er een kant-en-klaar antwoord is op de vraag of het gedrag van een professional deugt of niet. De auteurs reiken een model aan waarin zij twee niveaus onderscheiden: het onmiddellijke (‘wat moet ik doen?’) en het kritisch-evaluatieve (‘waarop is dat gebaseerd?’). Die basis wordt gevormd door de vijf fundamentele ethische principes: geen kwaad doen, goed doen, respect voor de autonomie, getrouwheid en rechtvaardigheid. Als je er met toepassing van die principes niet uitkomt, biedt de gouden regel mogelijk uitkomst: ‘doe zoals je zou willen dat men ten opzichte van jou zou doen’.
Hierna spitst het boek zich toe op de praktijk. Veelvuldig wordt gemaand tot nadenken. Dat nadenken leidt soms tot opmerkelijke opvattingen. Voorbeeld: een therapeut vindt dat zijn met hiv besmette cliënt geen onbeschermde seks moet hebben. Als die cliënt daar niet naar luistert, gaat de therapeut bibliotheek en plaatselijke krant vragen aandacht te besteden aan dit probleem. De auteurs concluderen: ‘ He achieved ethical excellence’ .
Het laatste hoofdstuk gaat over sociale rechtvaardigheid. Macht, goederen en diensten en ook behandelingen zijn ongelijk verdeeld. Moet de psycholoog hier wat mee? Ja, zich buiten de beroepsrol manifesteren. Even lijken de auteurs op te roepen tot ‘ sosjale aksie’, maar het blijft bij politiek correcte bespiegelingen.
Er staan teveel anakoloeten in deze uitgave. Van een boek dat zo slecht is geredigeerd, denk je al gauw dat de inhoud ook wel niet zal deugen. Dat is niet zo, maar aanraden kan ik dit boek toch niet. Het is niet geschreven voor psychiaters en al helemaal niet voor Nederlandse. Die kunnen vooralsnog beter te rade gaan bij Bloch e.a. (1999) of Graste en Bouduin (2000).
H. van Berkestijn