The therapeutic alliance. An evidence-based guide to practice
Dit boek is gericht op de doelgroep van therapeuten en studenten en heeft een aantal doelstellingen. In de eerste plaats het schetsen van de wetenschappelijke gegevens op het gebied van de therapeutische relatie in psychotherapie (deel 1). In de tweede plaats het beschrijven van het werken met de therapeutische relatie vanuit verschillende soorten therapeutisch perspectief zoals psychodynamische, cognitief gedragsmatige, interpersoonlijke therapie en relatietherapie, gezinstherapie en groepstherapie (deel 2). En in de derde plaats het geven van aanbevelingen voor het werken met moeilijke aspecten van de therapeutische relatie en het geven van trainingen daarin (deel 3).
De auteurs geven de relevante literatuur grondig, toegankelijk en beknopt weer, waardoor de lezer snel ingevoerd raakt in de materie. Ze schetsen vlot het onderscheid tussen concepten zoals therapeutische relatie, de werkrelatie volgens Greenson en overdracht. Ze geven ook aan wat de gedachten zijn geweest over het bewaren van afstand versus juist zichzelf als mens en therapeut engageren in de therapie. Greenson wordt genoemd als pleitbezorger voor een humanere benadering van de patiënt, in het kader van het opbouwen van de werkrelatie, tegenover de strak psychoanalytische en afstandelijke benadering die in dat opzicht voor zijn tijd en bij sommige aanhangers nog lang daarna gold. Deze problematiek is van alle tijden en ligt aan de basis van ons werk.
Boeiend ook is het hoofdstuk waarin auteurs ingaan op de breuk in de therapeutische relatie en de correlatie met een slechte behandeluitkomst, maar ook hoe daarmee om te gaan, hoe de therapeutische relatie te herstellen en wat daarvan dan de juist positieve, modellerende consequenties kunnen zijn voor de patiënt. Deze thematiek: opbouw, uitbouw, en herstel bij breuk, komt in vele, illustratieve casussen naar voren.
Aan het eind van het boek volgt het trainingsgedeelte waar onderhandelen met de patiënt over de therapeutische relatie nadrukkelijk aan de orde komt. Dit ligt in de lijn van de huidige ontwikkelingen op het vlak van patiëntgerichte zorg en gezamenlijke besluitvorming. De opbouw van het boek laat dan ook duidelijk zien hoe relevant de therapeutische relatie is in vele aspecten van ons werk, en hoe dit gedachtegoed is mee geëvolueerd met nieuwe, evidence-based ontwikkelingen. Daarmee is dit boek belangrijk voor mensen die in hun therapeutisch werk met deze concepten willen werken, op de hoogte willen zijn van de wetenschappelijke literatuur daarover en anderen daarin willen trainen. Absoluut een aanrader.
Christina van der Feltz-Cornelis