Trauma and the Avoidant Client, Attachment-Based Strategies for Healing
Hoe behandel je de patiënt die het effect van vroegkinderlijke trauma’s (intrafamiliair misbruik, (emotionele) verwaarlozing, verliezen) minimaliseert? De kwetsbare patiënt die de eigen kwetsbaarheid ontkent en niet zeker weet of hij of zij wel geholpen wil worden? Dit boek gaat over de psychotherapeutische behandeling van getraumatiseerde patiënten met een vermijdende gehechtheidsstijl.
Het boek is bedoeld voor behandelaren die psychotherapeutisch werken met deze moeilijke patiënten. Doel van het boek is om handvatten te bieden voor de klinische praktijk met de gehechtheidstheorie als uitgangspunt. Het boek is helder geschreven, logisch opgebouwd en rijk geïllustreerd met klinisch materiaal, waarbij de kant van de therapeut niet wordt geschuwd.
Hoewel de theoretische onderbouwing van de gehechtheidsproblematiek rijk en volledig is, is dit niet altijd het geval voor de genoemde interventies. Er wordt bijvoorbeeld niet gerefereerd aan interventies die gebruikt worden in de op mentalisatie gebaseerde therapie (MBT), een therapievorm die ook haar basis heeft in de gehechtstheorie, terwijl enig overlap in de techniek wel aanwezig is. Zo wordt benadrukt dat het van belang is om in het hier-en-nu te werken, stil te staan bij momenten van wisselingen in het affect en eigen handelen te evalueren.
Toch geeft het boek niet de indruk dat het wiel opnieuw wordt uitgevonden, integendeel. Boeken over psychotherapeutische interventies bij patiënten met een vermijdende gehechtheidsstijl zijn schaars en dit boek illustreert niet alleen de moeilijkheden die men ondervindt in contact met deze patiënten, maar het biedt ook mogelijkheden om rigide relatiepatronen te doorbreken.
De auteur benadrukt meerdere malen dat onderkenning en verwerking van vroege trauma’s bij deze patiënten pas mogelijk zijn binnen een goede werkrelatie met de therapeut. Het opbouwen van een werkrelatie kost bij deze doelgroep doorgaans veel tact, geduld en tijd. Vermindering van klachten leidt vaak tot een vroegtijdig afbreken van de therapie. Handvatten over hoe de patiënt te motiveren voor verdere behandeling, zodat aan trauma-erkenning kan worden begonnen en de kans op terugval in klachten kleiner wordt, zijn zinvol. De vraag rijst wel in hoeverre binnen het huidige ggz-klimaat, waarin klachtgericht werken hoog in het vaandel staat, plek is voor dergelijke, vaak langdurige, psychotherapeutische behandelingen.
De patiënt met een vermijdende gehechtheidsstijl stelt zowel zichzelf als zijn of haar behandelaar voor flinke uitdagingen. Voor de therapeut die deze uitdaging wil aangaan, is dit boek zeker een aanrader.
E.W.P.M. Daenen