Psychosomatic Medicine. An introduction to Consultation-Liaison Psychiatry
Sinds de erkenning van psychosomatic medicine als subspecialisatie in de Verenigde Staten in 2003, is er een aantal uitgebreide handboeken verschenen die op dit terrein de status van standaardwerk gekregen hebben. Hiertoe behoren het Textbook of psychosomatic medicine onder redactie van Levenson en Psychosomatic medicine onder redactie van Blumenfield en Strain. De redacteuren van dit nieuwe boek zijn zich hiervan terdege bewust en willen geenszins concurreren met deze bijbels. Zij hebben duidelijk een andere insteek gekozen. In het voorwoord stellen zij dat hun doel was om een vooral beknopt en praktisch boek te schrijven dat coassistenten, artsen in opleiding en beginnende consultatief psychiaters bij hun dagelijkse klinische werkzaamheden zou kunnen helpen. Dat is goed gelukt. Door de opbouw van de hoofdstukken, met de nadruk op de dagelijkse praktijk rond duidelijk gedefinieerde patiëntencategorieën en presentaties, wordt een heel pragmatische en praktische toon gezet. Elk hoofdstuk begint met een ‘typische consultvraag’ en een korte introductie waarin men de inhoud van het hoofdstuk samenvat. Daarna volgen steeds op dezelfde manier de secties ‘achtergrond’, ‘diagnostiek’ en ‘klinische besluitvorming en behandeling’. Met name de sectie ‘achtergrond’, waarin wordt ingegaan op epidemiologie, symptomen en diagnostiek, risicofactoren en pathofysiologie van een bepaalde presentatie of syndroom, is opzettelijk kort gehouden. De secties over diagnostiek en klinische besluitvorming en behandeling trekken op die manier de meeste aandacht. Deze beide secties blijven ook dicht bij de kliniek en geven bruikbare en praktische handvatten voor het beleid rond bepaalde patiëntencategorieën. Het directe taalgebruik en de herkenbare beschrijving van alledaagse problemen en (doorgaans onuitgesproken) frustraties maken het boek prettig leesbaar. Toch is er ook een punt van kritiek. Na een viertal meer algemene inleidende hoofdstukken worden de overige hoofdstukken gewijd aan veelvoorkomende klinische presentaties waarmee de consultatief psychiater te maken kan krijgen. De
presentaties die in deze hoofdstukken behandeld worden, zijn niet heel evenwichtig gekozen. Onevenredig veel aandacht gaat naar depressieve klachten bij een groot aantal aandoeningen, waaronder hartziekten, traumatisch hersenletsel, hepatitis C, nierfalen, kanker, en ook bij zwangerschap, die elk in een eigen hoofdstuk uitgebreid
besproken worden. Het hele spectrum van somatoforme stoornissen krijgt daarentegen slechts één enkel hoofdstuk toebedeeld. Verder beperkt de bespreking van dementie zich in dit boek tot het beeld ‘agitatie bij demente patiënten’. Andere beelden, zoals paraneoplastische limbische encefalitis, worden in het geheel niet besproken. Wel weer goed is het opnemen van hoofdstukken over de mogelijke bijdrage aan palliatieve zorg door de psychiater, en over ‘demoralisatie’ bij ernstig zieke patiënten, waarbij deze demoralisatie gecontrasteerd wordt met depressie. Ondanks deze onevenwichtige onderwerpkeuze
blijft het toch een leerzaam en prettig leesbaar boek, dat door zijn format en klinisch praktische benadering een goede aanvulling is op de meer theoretisch-inhoudelijke tekstboeken. Vooral voor artsen in opleiding tot psychiater aan te bevelen.
A.F.G Leentjens