Clinicians Guide to PTSD. A Cognitive-Behavioral Approach
Taylor noemt in zijn voorwoord vier redenen om dit boek te schrijven. Ten eerste zijn de publicaties vooral gericht op specifieke vormen van posttraumatische stressstoornis (ptss) en is het nodig om een beschrijving te geven van de vele vormen waarin deze zich manifesteert. Ten tweede zijn er nieuwe ontwikkelingen in de behandeling van ptss die van belang zijn om te beschrijven. Ten derde zijn de neurobiologische aspecten in de behandeling van ptss in de meeste klinische handboeken voor cognitieve gedragstherapie onderbelicht. Als vierde en belangrijkste reden geeft auteur aan dat er behoefte is aan een nieuwe en complete handleiding gericht op de klinische praktijk. In deel I beschrijft Taylor de conceptuele en empirische fundamenten van ptss. Hij bespreekt achtereenvolgens de klinische presentatie, cognitieve en gedragsmatige aspecten met nadruk op onderzoeksgegevens, gangbare modellen binnen de cognitieve gedragstherapie (cgt), neurobiologische aspecten en ten slotte geeft hij een overzicht van onderzoeksbevindingen bij diverse behandelingen. De auteur beschrijft ptss als een complex ziektebeeld, met veelal chronisch beloop en comorbiditeit. De uitingsvorm is afhankelijk van onder meer leeftijd en cultuur. Risicofactoren zijn peritraumatische dissociatie en een beperkt sociaal netwerk. Van de vier beschreven cgt-modellen sluiten er volgens Taylor twee het beste aan bij de problematiek. Hij benadrukt dat het belangrijk is om een model te kiezen, zodat de behandeling effectief is. Zijn voorkeur gaat naar het model van Ehlers en Clark. Neurobiologische kennis is belangrijk voor de psycho-educatie aan patiënt, medicatie kan aanvullend en versterkend zijn. Psychosociale interventie, medicatie en cgt zijn alle drie goede behandelopties, waarbij onderzoek aangeeft dat cgt het effectiefst is. Het behandeleffect wordt vergroot door aan te sluiten bij de specifieke klinische presentatie en door integratie met andere behandelvormen. In deel II beschrijft Taylor behandelmethoden en protocollen: eerst de opbouw van de intake, behandelplan, overzicht van de cgt-behandelingen, psycho-educatie, motivering voor behandeling en emotieregulatiestrategieën. Vervolgens behandelt hij specifieke cognitieve interventies, met nadruk op het behandelen van de specifieke geloofssystemen bij patiënten met ptss. Hij sluit af met het beschrijven van exposure-oefeningen, additionele behandelmethoden en terugvalpreventie. Dit deel wordt geïllustreerd met veel vignetten en vragenlijsten, waardoor het praktisch en concreet wordt. Opvallend is de lijst met films die gebruikt kunnen worden bij situatiegebonden exposure. De laatstgenoemde krijgt veel aandacht; er wordt een compleet hoofdstuk aan besteed. Samenvattend: het is een helder en systematisch geschreven boek gericht op de praktijk. Verwijzend naar zijn vierde reden om dit boek te schrijven, denk ik dat Taylor zijn doel wel heeft bereikt.
E.H. Cijntje