Gen-omgevingsinteractie bij OCS: een luchtkasteel?
achtergrond Tot 30% van de vrouwen
met obsessieve compulsieve stoornissen (ocs)
rapporteert seksuele trauma's in de vroege jeugd
(Lochner e.a. 2002). Seksuele trauma's vormen dan
ook de belangrijkste stressoren in onderzoek bij
ocs naar negatieve omgevingsfactoren.
Brain derived neurotrophic factor (bdnf) is
betrokken bij neuronale groei en dendrietuitgroei
in de hersenen en lijkt een rol te spelen bij ocs en
andere psychiatrische aandoeningen. In eerder
onderzoek, in samenwerking met een groep uit
Stellenbosch, Zuid-Afrika, vonden wij aanwijzingen
dat het Met66Met-genotype van het bdnf-gen,
(leidend tot verminderd functioneren van het
genotype) beschermt tegen het ontwikkelen van
ocs bij vrouwen. Verder werd een positieve associatie
gevonden tussen seksuele en religieuze
obsessies en het bdnf Val66Val-genotype (toegenomen
functioneren; Katerberg e.a. 2009).
doel Onderzoeken in hoeverre de gevoeligheid
van personen om een ocs te ontwikkelen
na blootstelling aan ernstige vroege trauma's
afhankelijk is van hun bdnf-genotype.
methoden De Jeugdtrauma vragenlijst
is afgenomen bij 322 patiënten met ocs bij wie
het bdnf-genotype en de allelfrequentie waren
bepaald. Onderzocht werd wat de invloed is van
vroege mishandeling, verwaarlozing of seksueel
misbruik op ocs-ernst of -symptoomdimensies
en of deze invloed afhankelijk was van het bdnfgenotype.
resultaten Wij vonden een direct verband
tussen emotionele verwaarlozing en ocs-ernst,
maar dit was niet afhankelijk van het genotype.
conclusie Deze resultaten geven te
denken over de resultaten tot nog toe van onderzoek
naar het populaire begrip gen-omgevingsinteractie,
en komen overeen met bevindingen uit
een meta-analyse naar de relatie tussen life events
en depressie bij het sert-gen (Risch e.a. 2009). Ook
hier werd gevonden dat het aantal life events was
geassocieerd met ernst van depressie, onafhankelijk
van het genotype. In deze voordracht wordt
verder op gen-omgevingsinteractie ingegaan met
betrekking tot ocs.