Hyperactiviteit bij patiënten met anorexia nervosa, gezonde controlepersonen en balletstudenten; een vergelijkende studie met behulp van de Actiwatch
achtergrond Tot 80% van de (jonge)
patiënten met anorexia nervosa vertoont verhoogde
activiteitenniveaus. De precieze achtergrond
hiervan is niet volledig opgehelderd maar
neurobiologische factoren zoals een laag leptinegehalte
spelen hierin een rol naast bewuste pogingen
om calorieën te verbranden en zo gewicht te
verliezen. Balletdansers hebben een hoger risico
op het krijgen van een eetstoornis en hun hoog
bewegingsniveau zou dit kunnen uitlokken.
doel Het fenomeen hyperactiviteit bij
anorexia nervosa in kaart brengen, met name in
vergelijking met een hoogrisicogroep.
methoden Het activiteitenniveau werd
bepaald met behulp van de Actiwatch. Actiwatch-metingen
werden gedaan in drie naar leeftijd
gematchte groepen: 20 meisjes met anorexia nervosa,
21 gezonde middelbare scholieren en 18 leerlingen
van de balletacademie gedurende drie
opeenvolgende weekdagen. De gemiddelde activiteitenscore
(Actiwatch Sleep Analysis 2001) werd
berekend. Zelfscoreactiviteitenvragenlijsten werden
als vergelijkingsmateriaal gebruikt. Een eetstoornis
was een exclusiecriterium voor de twee
controlegroepen. Gewicht en lichaamssamenstelling
werden tevens bepaald.
resultaten De gemiddelde leeftijd was
13,9 jaar (±1,5); er was een significant gewichtsverschil
tussen de patiënten en de twee andere groepen;
het vetpercentage verschilde echter niet tussen
de patiënten en de balletleerlingen. De
gemiddelde Actiwatch-scores waren het hoogst bij
de patiënten en het laagst bij de gezonde controlepersonen
met de balletleerlingen ertussenin. Zelfscorevragenlijsten
correleerden niet met de Actiwatch-
metingen in alle drie de groepen.
conclusie Hoge activiteitenscores zijn
een typisch kenmerk van anorexia nervosa. Opvallend
was dat het gewicht weliswaar in de laagnormale
spreiding was, maar dat het percentage
lichaamsvet van de balletleerlingen vergelijkbaar
was met dat van de anorexiapatiënten. Opnieuw
werd aangetoond dat zelfscore van activiteitenniveau
geen betrouwbare maat is.