Risicotaxatie van suïcidaliteit in de acute psychiatrie
achtergrond 'Dreiging' van suïcide is
in veel gevallen een reden voor een (gedwongen)
opname op een acuteopnameafdeling. Bij ongeveer
30% van de opgenomen patiënten in het Klinisch
Centrum Acute Psychiatrie (kcap) speelt
suïcidegevaar een rol (Bohnen 2008). In tegenstelling
tot veel andere landen is er in Nederland tot
op heden geen richtlijn voor de taxatie en behandeling
van suïcide; dit geldt ook voor de kliniek. Er
is grote behoefte aan de ontwikkeling van betere
voorspellers voor suïcide bij opgenomen patiënten
(Powell e.a. 2000). De resultaten van studies naar
detectie van risicofactoren voor suïcide binnen de
kliniek zijn beperkt, ondanks het feit dat het risico
op suïcide sterk verhoogd is ten opzichte van de
algemene bevolking (Neuner e.a. 2008). Om te
trachten een goede risicotaxatie te maken, krijgt
iedere patiënt in het kcap een suïcidegevaarscode
die van invloed is op maten van toezicht/restrictie.
Dit geschiedt door middel van het veiligheidsplan
(Winter 2008) dat instructies geeft hoe te handelen.
doel Inzicht krijgen van de taxatie en
beloop van suïcidegevaarlijke patiënten op een
gesloten acuteopnameafdeling.
methoden Gedurende twaalf maanden
(1 januari 2009-31 december 2009) werden alle
opgenomen patiënten in het kcap op hun suïciderisico
getaxeerd en werden de consequentie
daarvan en de meerwaarde voor het personeel van
het veiligheidsplan in kaart gebracht.
resultaten In deze voordracht presenteren
we de klinische en demografische karakteristieken
in relatie tot de suïcidegevaarscode van
meer dan 1300 patiënten die zijn onderverdeeld in
een groep met een hoog en een groep met een laag
risico op suïcide. Ook laten we resultaten zien van
een enquête over meningen over het veiligheidsplan
onder medewerkers op het kcap.
conclusie Medewerkers hebben houvast
aan het veiligheidsplan en willen dit in meerderheid
continueren. Aangezien de database op
het moment van indiening van het abstract nog
niet gesloten is, wordt de conclusie na 1 januari
2010 verder uitgewerkt.