Screenen op klinisch relevante depressieve symptomen onder ouderen in de huisartspraktijk
achtergrond Omdat onderherkenning en onderbehandeling van depressie bij ouderen aanzienlijk zijn, wordt screening op depressie bepleit.
doel Bepalen van de kosteneffectiviteit van drie verschillende screeningsmethoden naar onbehandelde klinisch relevante depressieve symptomen onder ouderen ≥ 75 jaar in de huisartsenpraktijk.
methoden Ouderen vanaf 75 jaar, niet in behandeling voor depressie, werden op 3 manieren gescreend op depressieve symptomen met de 15-item Geriatrische Depressie Schaal (gds-15). Screeningsmethode 1: uitnodiging deelname per antwoordkaart, gevolgd door een huisbezoek voor mondelinge afname van de gds-15. Screeningsmethode 2: verzoek per post een schriftelijke gds-15 in te vullen, alleen gevolgd door een huisbezoek voor mondelinge gds-afname bij een schriftelijke score ≥ 4. Screeningsmethode 3: verzoek aan huisarts, voorafgaand aan screeningsmethode 1 of 2, een oordeel te geven over de aanwezigheid van depressieve symptomen. Klinisch relevante depressieve symptomen werden aanwezig geacht bij een score ≥ 5 punten op de mondeling afgenomen gds-15.
resultaten Voor het onderzoek werden in 73 praktijken 10.681 ouderen uitgenodigd: volgens methode 1 in 31 praktijken 3797 ouderen, van wie 2083 (55%) toestemden te worden bezocht, waarbij 115 screenpositieven werden gevonden (3% van de uitgenodigde en 6% van de bezochte ouderen); volgens methode 2 in 42 praktijken 6881 ouderen, van wie er na voorselectie met de schriftelijke gds 732 (11%) werden bezocht, waarbij 149 screenpositieven werden gevonden (2% van de uitgenodigde en 20% van de bezochte ouderen); volgens methode 3 merkten 73 huisartsen 20% van de uitgenodigde ouderen als (mogelijk) depressief aan, van wie er 98 een mondelinge gds-score ≥ 5 punten hadden (37% van alle screenpositieven). De kosten van de diverse methoden zullen worden gepresenteerd.
conclusie De prevalentie van onbehandelde klinisch relevante depressieve symptomen onder ouderen van ≥ 75 jaar in de huisartsenpraktijk, die bereid zijn tot screeningsdeelname, is 2-3%. Voorselectie met een schriftelijke gds lijkt haalbaar en is waarschijnlijk het meest kosteneffectief.