Behandeling van depressie met een combinatie van een ssri en schildklierhormoon T3
achtergrond Onderzoeken naar de behandeling van depressie met een combinatie van een selectieve serotonineheropnameremmer (ssri) en het schildklierhormoon triiodothyronine (T3) laten wisselende resultaten zien.
doel Een meta-analyse van de beschikbare onderzoeken werd verricht ter beoordeling van de effectiviteit van deze combinatiebehandeling voor de behandeling van depressie.
methoden Dubbelblinde, gerandomiseerde onderzoeken werden geselecteerd voor inclusie in de meta-analyse. Uiteindelijk werden 4 onderzoeken geïncludeerd, met een totaal aantal van 444 patiënten met depressie.
resultaten Gepoolde respons- en remissiepercentages voor de ssri+T3-behandeling werden vergeleken met die van ssri-monotherapie na een en na twee weken behandeling en aan het einde van de behandeling. De responspercentages aan het einde van de behandeling waren 64,6% versus 58,5% en 46,8% versus 44,8% respectievelijk en waren daarmee niet significant verschillend. Er was geen verschil in uitval tussen de twee behandelcondities.
conclusie De resultaten van de metaanalyse vormen geen ondersteuning voor de hypothese dat combinatiebehandeling met een ssri en schildklierhormoon T3 effectiever is dan ssri-monotherapie bij de behandeling van depressie. Echter, er zijn aanwijzingen dat bepaalde subgroepen wel baat hebben bij ssri+T3-combinatiebehandeling. Deze zullen tijdens de voordracht worden besproken.