Neurofeedback en impulsiviteit
Impulsiviteit is een multidimensioneel construct en vaak een symptoom van patiënten met bijvoorbeeld ad(h)d of verslaving. Neurofeedbacktraining blijkt effectief te zijn voor de behandeling van ad(h)d, maar eerdere studies hebben nog niet onderzocht of ook specifiek impulsiviteit verbetert onder invloed van een neurofeedbacktraining.
Aan de hand van een studie naar de impulsiviteit bij 30 studenten wordt de werking, uitvoering en effecten van een neurofeedbacktraining uitgelegd. Deze 30 studenten zijn geselecteerd uit een grotere groep van 100 studenten die vragenlijsten ingevuld hadden over hun impulsiviteit. Voor het onderzoek zijn de 30 studenten verdeeld over drie condities (controlegroep, neurofeedbacktraining- groep, placebo-neurofeedbacktraininggroep). Met behulp van voor- en nametingen is het effect van de training op de impulsiviteit vastgesteld. Tijdens de voor- en nameting werden een continuous performancetaak, go-nogotaak, strooptest, antisaccadetaak en een kwalitatief eeg-onderzoek afgenomen.
Bij nameting blijkt dat er significante verschillen zijn tussen de drie condities op de strooptest en de go-nogotaak. Dit betekent dat studenten in de experimentele groep, in vergelijking met de controlegroep, significant beter presteren op de go-nogotaak en de strooptest. Met andere woorden: neurofeedbacktraining zorgt voor een afname van impulsiviteit zoals gemeten door de strooptest (interference impulsivity). Bovendien werd - bij het evoked potentialregistratie - een significante amplitudeverhoging gevonden in de P300-component op Fz (gyrus cinguli).
Verdere analyses tonen aan dat deze verandering vooral veroorzaakt wordt door een verbetering in de volgehouden aandacht dan door een afname van de interference impulsivity. Er zijn geen verdere effecten gevonden op andere taken of andere vormen van impulsiviteit.