Feiten en mythes in de behandeling van ptss
Het misverstand: hoewel is aangetoond dat exposure aan traumatische herinneringen een effectieve behandeling is voor patiënten met een ptss, wordt deze behandeling door veel therapeuten niet of slechts ten dele uitgevoerd of wordt deze uitgesteld. In een onderzoek onder therapeuten in de vs bleek een minderheid (20%) exposurebehandeling bij patiënten met ptss toe te passen. Een van de belangrijkste redenen om geen exposure toe te passen was de angst dat patiënten zouden 'decompenseren'. De patiënt zou door de confrontatie met het trauma overspoeld raken door intrusies en er daardoor uiteindelijk nog slechter aan toe zijn. Een 'traumatoedekkende therapie' zou dan beter zijn.
De feiten: uit onderzoek blijkt dat de meeste patiënten met ptss vanaf de eerste exposuresessie een lineaire afname laten zien van het aantal intrusies, er geen relevante verschillen zijn met andere behandelingen (bijvoorbeeld cognitieve therapie), patiënten tijdens een exposurebehandeling niet achteruitgaan en dat exposurebehandeling goed toepasbaar is bij patiënten met ptss en veel comorbiditeit.