Op zoek naar de genetische predispositie tot hallucineren
achtergrond Schizofrenie is een complex ziektebeeld met een heterogene genetische achtergrond. De grote variatie in de klinische symptomen maakt het moeilijk om genen voor schizofrenie te vinden. Door naar een smaller fenotype te kijken, bijv. alleen naar hallucinaties, wordt de variatie kleiner en de kans groter om een significante associatie met bepaalde genen te vinden. Auditieve verbale hallucinaties zijn een kenmerkend symptooom van schizofrenie. Daarnaast komen deze hallucinaties ook bij mensen zonder psychiatrische stoornissen voor. Deze laatsten hebben geen andere symptomen, gebruiken geen medicatie en hebben geen voorgeschiedenis van opname. Bij hen kan dus het pure fenotype van auditieve verbale hallucinaties bestudeerd worden.
doel In deze studie willen we verschillen aantonen in genexpressie tussen proefpersonen zonder psychiatrische stoornissen met auditieve verbale hallucinaties en gezonde mensen zonder deze hallucinaties. Daarna willen we netwerken van gerelateerde genen opsporen om een common pathway voor hallucinaties te identificeren.
methode mrna-monsters van 40 patiënten met auditieve verbale hallucinaties zijn vergeleken met 40 controlepersonen. Het Illumina- beadchipplatform is gebruikt om mrna-hoeveelheden te kwantificeren. Matrices van co-expressie worden berekend om gen-netwerken te identificeren.
resultaten Data worden momenteel geanalyseerd en de uitkomsten zullen gepresenteerd worden.