Preventie van depressie en angst bij ouderen
achtergrond Psychische problemen als depressie en angst komen vaak voor bij ouderen en hebben een grote invloed op de kwaliteit van leven en het gebruik van zorg. Van de ouderen die de huisarts bezoeken, voldoet 13,7% aan de dsm-iv- criteria voor een major depressie, 10,2% aan die voor een minor depressie (Licht-Strunk 2005). Van de ouderen in de algemene bevolking heeft 10% last van een angststoornis (Beekman 1998). Het aantal nieuwe gevallen van depressie per jaar is bij ouderen relatief groot (circa 2%) (Smit 2004). Met de bestaande behandelopties verbetert een deel van deze patiënten, echter, gezien de grote aantallen ouderen waar het om gaat, is het zeer de moeite waard te onderzoeken in hoeverre preventie met relatief eenvoudige middelen een aanvulling kan zijn op het bestaande aanbod van behandeling voor depressies of angststoornissen. Het is inmiddels gebleken dat effectieve preventie bij ouderen in principe goed mogelijk is (Beekman 2004; Cuijpers 2005; Willemse 2004). Vervolgonderzoek moet duidelijk maken, welk type preventieve interventies haalbaar en effectief zijn bij diverse subgroepen ouderen.
doel Meer zicht krijgen op de relevantie, haalbaarheid en effectiviteit van diverse initiatieven met betrekking tot preventie van depressiesen angststoornissen bij ouderen.
methode Binnen het emgo-instituut, vu medisch centrum Amsterdam, zijn verschillende initiatieven ontwikkeld waarin preventie van angst- en depressieve stoornissen bij ouderen aandacht krijgt. In dit symposium presenteren wij de opzet en (eerste) resultaten van enkele van deze projecten. Het betreft hier gerandomiseerde gecontroleerde onderzoeken (rct's) bij ouderen in verzorgingshuizen, bij kwetsbare ouderen die thuis wonen en bij mantelzorgers van dementerenden. Tevens presenteren wij een cohortonderzoek naar de risicofactoren voor het ontwikkelen van een chronische depressie bij ouderen