Pathways to Spirituality. Connection, Wholeness, and Possibility for Therapist and Client
'Het hoe en waarom van spiritualiteit in de praktijk van de psychotherapie', zo zou je het doel van dit boekje kunnen typeren. De auteur, relatie- en familietherapeut én leerling van Milton Erickson, wil dit voor een publiek van zowel therapeuten als cliënten uit de doeken doen. O'Hanlon definieert spiritualiteit vanuit drie componenten, de drie C's: Connection, Compassion en Contribution. 'Connection' is de ervaring verbonden te zijn met iets groters buiten onszelf. 'Compassion' is het kunnen meevoelen met een ander, wat tot een verzachting leidt van ons 'gewone' wantrouwen, onze harde opstelling en veroordelende houding tegenover de ander. 'Contribution' vloeit uit de twee vorige voort. Het is de mogelijkheid om ons in te zetten voor de ander, ten dienste te staan (service) in de wereld. De auteur beschrijft hoe we tot elk van deze drie elementen kunnen komen (pathways). Vervolgens doet hij op een 'allerindividueelste' wijze een poging om tot een spirituele peiling (assessment) in het psychotherapeutische gesprek te komen (dit is het zwakkere deel van zijn boek). Spiritualiteit omschrijft hij als ruimer dan religie. Wel wijst hij op het grote belang van religie waar spiritualiteit tekortschiet. Ten slotte eindigt O'Hanlon met zijn eigen solution-oriented methode - nu toegepast op spiritualiteit. Daarvoor baseert hij zich op Warren Berland met de out-of-the-boxmethode (met out-of-the-box wordt bedoeld de plaats die niet door trauma of schaamte aangetast is). Deze methode zou inhouden dat iemand binnen vijf minuten of minder tot zijn spirituele bronnen geleid kan worden (p. 101). In de loop van mijn lectuur zwakte mijn aanvankelijke scepticisme tegenover voorgebakken spiritualiteit wat af, zonder volledig te verdwijnen (bv. met betrekking tot Berland). Niettemin erken ik dat O'Hanlon op een open wijze met het spirituele thema in psychotherapie omgaat. Daarbij is hij theoretisch niet zwaar op de hand, maar neigt hij ook weer niet naar een vulgariserende tendens. Amerikaans, maar niet té …
M. Calmeyn