Assertive Community Treatment
Assertive Community Treatment (act) is een organisatievorm voor het leveren van hulpverlening aan mensen met ernstige psychiatrische aandoeningen, met problemen op meerdere levensgebieden. act staat in Nederland volop in de belangstelling en wordt vaak als iets nieuws beschouwd, terwijl de eerste publicatie van Stein toch al dateert uit 1980. Dit is overigens wel het eerste Nederlandstalige boek over act. Het boek begint met een overzicht van het effectonderzoek en dat is verrassend ontnuchterend, om niet te zeggen ontmoedigend. Het blijkt namelijk dat er buiten de vs eigenlijk geen bewijs bestaat voor de effectiviteit van act. Dit wordt door twee stromingen op geheel verschillende wijzen geïnterpreteerd. Allereerst zijn er de 'preciezen' die menen dat buiten de vs onvoldoende modelgetrouw is gewerkt en dat men toch vooral dicht bij de woorden van de profeet (Stein) moet blijven. Daarnaast zijn er ook de 'rekkelijken' die menen dat act vooral gezien moet worden als een organisatiemodel dat zich goed leent om nieuwe evidence-based practices in te passen. In de hoofdstukken die volgen ademt dit boek vooral de geest van de preciezen. Dat geeft de verwarrende boodschap dat, ook al is de evidentie niet bewezen, er toch modelgetrouw gewerkt moet worden. Ieder act-team dient op modeltrouw tegen het licht te worden gehouden van de strenge Dartmouth Community Treatment Scale die in de praktijk op zijn best een matige modeltrouw heeft. Dat is wonderlijk aangezien de oerversie van act een product is van de eigen tijd, waarbij het Stein vooral ging om een reductie van het aantal opnames. De eerlijkheid gebiedt me te zeggen dat ook dat laatste argument uit dit boek komt dat evenwichtiger is dan het in eerste instantie lijkt. Het sleutelhoofdstuk voor mij was hoofdstuk 7 over act en rehabilitatie waarin overtuigend werd neergezet dat de kracht en de zwakte van act dicht bij elkaar liggen. Effectieve zorg op alle levensgebieden brengt het gevaar met zich mee dat geen beroep meer wordt gedaan op het groeipotentieel van patiënten. Dat is geen onvermijdelijk gegeven mits in de praktijk voldoende aandacht is voor rehabilitatie. In het tweede deel van het boek volgen beschrijvingen van de praktijk in Nederland, waarin steeds weer wordt beschreven wat act is, wat tot nogal wat overlap leidt. Interessant zijn het Functie-act-model (fact-model) dat vooral zijn waarde heeft bewezen in landelijke gebieden, de inzet van ervaringswerkers, dubbeldiagnosebehandeling en het trainingsprogramma zoals dat in Rotterdam werd ontwikkeld. Ondanks het verwarrende begin is dit al met al een handig en evenwichtig boek voor wie snel inzicht wil krijgen in wat act is en hoe de Nederlandse situatie is.
I.P.M. Keet