Cultuur, classificatie en diagnose. Cultuursensitief werken met dsm-iv
Ondanks de vele pogingen die reeds gedaan zijn om de geestelijke gezondheidszorg in Nederland te interculturaliseren, blijkt het voor veel hulpverleners nog steeds problematisch hoe 'cultuur' een zinvolle plaats te geven in hun werk. In dit boek wordt een instrument aangereikt dat ertoe kan bijdragen in ieder geval het diagnostische proces cultuursensitiever te laten verlopen. Het gaat om de in een van de bijlagen van de dsm-iv opgenomen Cultural Formulation of Diagnosis (cfd). Deze is niet te vinden in de sterk ingekorte in het Nederlands vertaalde versie van die handleiding. De cfd bestaat uit vijf clusters van aandachtspunten: de culturele identiteit van de patiënt, culturele verklaringen voor de klachten, cultureel bepaalde hulpbronnen en stressoren, culturele elementen in de communicatie tussen patiënt en hulpverlener, en algehele evaluatie van de geïdentificeerde culturele factoren ten behoeve van diagnostiek en behandeling. De hoofdmoot van het boek bestaat uit zeventien gevalsbeschrijvingen. De in totaal twintig auteurs zijn allen werkzaam in de geestelijke gezondheidszorg - als psychiater, arts, psychotherapeut, psycholoog of sociaal-psychiatrisch verpleegkundige. Hun is gevraagd de cfd naar eigen inzichten toe te passen op een patiënt uit eigen praktijk. De geportretteerde patiënten vormen een groep met uiteenlopende psychiatrische problematiek. Zowel bij de gepresenteerde patiënten als bij de selectie van auteurs, is geprobeerd zoveel als mogelijk recht te doen aan de etnische en culturele diversiteit die we momenteel in Nederland kennen. Het beschrijven van patiënten uit autochtone minderheidsgroepen, zoals twee keer gebeurt, maakt duidelijk dat de cfd ook behulpzaam kan zijn in de hulpverlening aan autochtone minderheidsgroepen. De samenstellers van het boek zijn autochtoon en van beroep respectievelijk psychotherapeut, cultureel antropoloog, en psychiater. In de eerste drie inleidende hoofdstukken wordt achtergrondinformatie gegeven over de ontwikkeling van de cfd en het belang ervan voor de transculturele diagnostiek. Het slothoofdstuk analyseert op basis van de ervaringen die de auteurs opdeden met het werken met de cfd wat de mogelijkheden en de problemen zijn bij de toepassing van het instrument. Een verdere analyse daarvan vond plaats tijdens een werkconferentie die op 6 februari 2003, een half jaar na publicatie van het boek, gehouden werd. Een verslag van de constructieve, maar ook kritische bijdragen aan deze conferentie is uitgegeven door mikado (mikado 2003), kenniscentrum voor interculturele geestelijke gezondheidszorg. Sinds de conferentie hebben verspreid over het land een aantal bijeenkom-sten plaatsgevonden die gericht waren op de im-plementatie van de cfd in het werkveld. Daaruit moge blijken dat het boek aan een behoefte aan richtlijnen voor cultuursensitieve diagnostiek voldoet.
A. Richters