Handboek Reïncarnatietherapie
Dit handboek wil de werkers in de ggz de mogelijkheid bieden 'hun behandelinstrumentarium' uit te breiden. Het bestaat uit drie delen. In het eerste wordt ingegaan op de plaats van reïncarnatietherapie in de ggz in het algemeen en de psychotherapie in het bijzonder. In het tweede deel worden de verschillende modellen en technieken van deze behandelvorm besproken, die de afgelopen twee decennia zijn ontwikkeld. Deel drie beschrijft de resultaten van een viertal onderzoeken naar de effecten van de therapie.
Reïncarnatietherapie berust op het spirituele uitgangspunt dat een niet-sterfelijke ziel vele malen kan incarneren. De incarnaties zouden de oorzaak kunnen zijn van psychische problemen en dan in het bijzonder van traumatische stress. De auteurs doen geen poging de reïncarnatiegedachte wetenschappelijk te bewijzen. Ook in therapie moeten therapeuten niet nagaan of de herinneringen van hun patiënten aan vorige levens op werkelijkheid berusten. Desnoods doen ze alsof dergelijke herinneringen reëel zijn. Het is volgens de auteurs immers van groot belang dat therapeuten aansluiten bij de belevingswereld van de patiënt. Daarmee wordt terecht gewezen op een essentieel aspect van therapie. Wat meer oog voor de problematische kant van een dergelijke stellingname in deze context zou dit - overigens interessante - boek ten goede zijn gekomen.
R. van Deth