De praktijk van de kinder- en jeugdpsychiater – Ervaringen van kinderen, ouders en professionals
Dit boek geeft op een vlotte wijze, via beschrijvende interviews, het perspectief weer van een aantal jongeren en/of hun ouders (deel I, met 17 verhalen) en een beperkt aantal hulpverleners uit verschillende sectoren (deel II, met 7 reflecties). De auteurs zijn Ben Gunnewijk, kinder- en jeugdpsychiater met een eigen praktijk in Den Haag, en Susan Boer, freelancejournaliste.
De levensloop van een aantal jongeren die gedurende hun leven op verschillende manieren in aanraking komen met de geestelijke gezondheidszorg wordt vanuit hun eigen perspectief weergegeven. De illustraties van Juliette de Wit zijn mooi uitgewerkt en beelden op een aangrijpende manier de complexiteit van de problematiek bij deze jongeren uit.
De gehanteerde interviewstijl maakt het boek enerzijds vlot leesbaar, maar zorgt er anderzijds ook voor dat heel wat aspecten vanuit de levens van deze jongeren niet of onvoldoende aan bod komen. Hetzelfde geldt voor het perspectief en de reflecties van het wat beperkte aantal hulpverleners. Ook zal de meer ervaren clinicus opmerken dat heel wat ervaringen, problemen en symptomen niet of minder aandacht krijgen. Hier en daar gaan de auteurs wel dieper in op een specifieke problematiek of vragenlijst, maar zonder op alternatieven of andere mogelijkheden in te gaan.
De auteurs willen lezers aan het denken zetten om zo de ontwikkeling van toekomstige behandelprotocollen te optimaliseren. Een mooi streven. De titel van dit boek is enigszins misleidend. Inhoudelijk betreft het slechts een beperkt deel van de praktijk van een, en niet dé, kinderpsychiater. Voor elke professional werkzaam binnen de kinder- en jeugdpsychiatrie zullen deze levensverhalen zeer herkenbaar zijn vanuit hun eigen klinische praktijkervaring.
De opzet om behandelmethodes verder te verbeteren, op maat van de jongeren en rekening houdend met de dynamiek over de jaren, is een mooie insteek die hulpverleners in hun hele carrière centraal dienen te stellen, geleid door en op basis van alle levensverhalen waarmee zij in de professionele carrière in aanraking komen.
Ook cliënt- en ouderparticipatie maken terecht steeds meer deel uit van het uitgewerkte behandeltraject van jongeren en hun context, hetgeen meermaals naar voren komt in de verschillende hoofdstukken.
In tegenstelling tot wat de auteurs voor ogen leken te hebben met het schrijven van dit boek, lijkt de interviewstijl soms te impliceren dat er sprake is van enige generalisatie in het denken rond specifieke thema’s zoals diagnostiek, complexiteit en manier van behandelen (plaats, intensiteit, medicatie, therapievorm, etc.).
Samenvattend vind ik dit boek vooral een vlugge blik in de praktijk van een kinderpsychiater. Het spoort hulpverleners aan met een blijvend kritische visie elk behandeltraject in zorgvuldige afstemming met jongeren en hun context op te maken.
S. Wilson, Kinder en jeugdpsychiater, forensisch psychiater, Lebbeke