The female mind: a user’s guide
Waar mannen en vrouwen ondertussen worden geacht gelijkwaardig te zijn, blijven ze verre van gelijk. Gedurende de geschiedenis was de positie van de vrouw anders dan die van de man. Ook nu, nu heel wat ongelijkheid lijkt weggewerkt, leiden mannen en vrouwen bij momenten een heel ander leven met een andere geschiedenis, andere risicofactoren en andere psychiatrische problemen. Dit is het uitgangspunt van dit boek dat deze verschillen vanuit het perspectief van vrouwen op een rijtje zet.
Risicofactoren, zoals seksueel misbruik, zwangerschap, het moeder-zijn, maar ook verschillen in prevalentie en presentatie van ziektebeelden en de behandelingen, bijvoorbeeld medicatie die interfereert met vruchtbaarheid, de implicaties van een (on)vervulde kinderwens en hoe het verschil in lichaamsvet invloed kan hebben op plasmaconcentraties, het zijn maar enkele van de thema’s die aan bod komen in dit kleine Engelstalige boekje. Hormonale veranderingen en hun impact kunnen natuurlijk ook niet ontbreken en ga zo maar door. Zowel historische, maatschappelijke en economische, lichamelijke als psychiatrische thema’s komen aan bod. Nooit erg uitgebreid, niettemin zijn ze aanwezig en worden ze kort onder de aandacht gebracht.
In totaal 49 auteurs, vrouwelijke en mannelijke, hebben aan dit boek bijgedragen. Zij bespreken in korte, beknopte hoofdstukken de vele verschillende facetten van genderspecifieke psychiatrische aandoeningen en op welke manier die kunnen leiden tot betere zorg voor de vrouwen in kwestie.
Hoewel het boek toegankelijk geschreven is en de auteurs een brede selectie aan onderwerpen bespreken, is wat onduidelijk wie het veronderstelde doelpubliek van dit boek zou moeten zijn. De vele facetten van vrouwspecifieke psychiatrie die de auteurs willen bespreken, leiden tot onderwerpen die slechts vluchtig aan bod kunnen komen. Voor medici is het informatief op het niveau dat het de nieuwsgierigheid opwekt en aanzet tot het verder opzoeken in de bredere literatuur. Het boek zelf biedt onvoldoende diepgang en brengt de onderwerpen eerder aan op het niveau van ‘weetjes’.
Vermoedelijk wil het boek vooral inspelen op het bredere hulpverlenerpubliek of het zelfzorgperspectief, waarbij het concrete handvatten wil bieden aan zoekende vrouwen (en hun entourage). Zo staan per hoofdstuk ook concrete tips en adressen waar je in het Verenigd Koninkrijk kan aankloppen voor specifieke vragen, beschreven. Het lijkt geïnteresseerde (vrouwelijke) patiënten en betrokkenen vooral de boodschap te willen geven ‘je bent niet alleen’.
E. Van Assche, Arts in opleiding tot psychiater, Namen