Studiegids DSM-5. Leren classificeren in de praktijk
De dsm-5 bestaat alweer een aantal jaar en wordt ook in Nederland algemeen gebruikt. Maar hoe haal je in de klinische praktijk zo veel mogelijk uit dit classificatiesysteem? Om op die vraag antwoord te geven schreven Laura Weiss Roberts en Alan K. Louie de Studiegids dsm-5, leren classificeren in de praktijk.
In dit bijna 600 pagina’s tellende werk nemen de auteurs de lezer mee door de dsm-5. Na een uitvoerige inleiding werken ze per diagnostisch hoofdstuk uit de dsm-5 de classificatie van de desbetreffende ziektebeelden uit en illustreren die vervolgens aan de hand van herkenbare praktijkvoorbeelden.
De studiegids valt vooral op door gedegenheid: de classificatie wordt per ziektebeeld steeds uitvoerig uitgewerkt. Daarnaast zijn in ieder hoofdstuk meerdere soorten oefenvragen opgenomen. Zo zijn er oefenvragen om de feitelijke kennis van de stof te toetsen, meer reflectieve vragen, bedoeld om met collega’s en docenten over te discussiëren, en vragen aan de hand van casuïstiek. Aan het einde van het boek is nog een apart gedeelte opgenomen met uitsluitend studievragen.
Op deze manier maakt de studiegids de lezer op een zeer gedegen manier vertrouwd met het systeem van de dsm-5. Wel moet de lezer zich realiseren dat deze studiegids zich alleen richt op de classificatie en dus niet op de behandeling van onderliggende stoornissen.
Terwijl de meeste clinici van mening zijn dat diagnostiek veel breder is dan het classificeren in de zin van de dsm, komt dit onderscheid in deze studiegids niet altijd duidelijk naar voren. Daardoor kan, zeker voor de onervaren lezer, de indruk ontstaan dat diagnostiek hetzelfde is als het classificeren van symptomen volgens het systeem van de dsm-5. Daarnaast zijn sommige voorbeelden wel erg prototypisch, en daardoor voor meer ervaren clinici weinig uitdagend. Verder bespreken de auteurs ook stoornissen die in de dagelijkse praktijk van de meeste clinici niet van heel groot belang zijn (zoals stoornissen in de zindelijkheid), relatief uitgebreid.
Dat gezegd hebbende, vind ik dit boek een uiterst gedegen studiegids om de lezer vertrouwd te maken met het classificeren volgens de dsm-5. Zolang de lezer zich er maar van bewust blijft dat – althans in de opvatting van de meesten - classificeren en diagnosticeren twee verschillende dingen zijn, en dat een goede beschrijvende diagnose voor de kliniek zeker even belangrijk is als een goede classificatie. Dan kan dit boek hem of haar veel leren.
D. de Rooy, aios psychiatrie, Leiden