Wie wij zijn. Tussen verstand en verlangen
In dit essayistisch boek brengt Koerselman, emeritus hoogleraar Psychiatrie en Psychotherapie, een kritische analyse van een reeks actuele maatschappelijke thema’s: de ophef over het seksueel misbruik in de katholieke kerk; de herwaardering van homoseksualiteit, pedofilie en prostitutie; het identiteitsverlies; de toenemende burn-out ten gevolge van de eis tot meer transparantie. Politiek gezien krijgt de burger te weinig speelruimte om het eigen lot te bepalen.
Koerselman vertrekt vanuit de vraag naar betekenisverlening. Hoe komt deze tot stand? Hoe leiden verschillen in betekenissen tot verschillen tussen mensen? Hoe bepalen betekenissen onze normen en waarden en wat zijn de consequenties voor belangrijke aspecten van onze identiteit zoals geslacht, afkomst en leeftijd? Al deze vragen worden grondig behandeld vanuit een integratieve visie.
Hij gaat uit van de opvatting dat drie basisbehoeften ons leven sturen: geborgenheid, autonomie en concurrentie. Volgens Koerselman is coping een belangrijk aspect van betekenisverlening: het hanteerbaar maken van wat onverdraaglijk is. Mensen dienen iedere situatie te toetsen aan een aantal vaste criteria: is deze relevant, bekend, positief of negatief en hanteerbaar?
Het probleem van onze tijd is identiteitsverlies: mannen en vrouwen lijken steeds meer op elkaar, iedereen kan ongeveer alles maken, verschillen zijn uitgevlakt. Autonomie is de dominante waarde geworden, maar dit vereist dat iedereen voortdurend rekenschap moet afleggen. Het wordt bijzonder stresserend om aan de eis tot transparantie te voldoen, wat samengaat met de noodzaak om iedereen voortdurend te controleren. Door de vele strakke protocollen wordt creatief talent gesmoord.
Om in de huidige samenleving stand te houden is een sterke identiteit vereist. Daarom moet iedereen stevig geworteld zijn, in hoge mate autonoom en niet te afhankelijk van externe bevestiging van de eigen waarde. Geen wonder dat patiënten met een borderlinepersoonlijkheidsstoornis zich in onze maatschappij moeilijk kunnen handhaven. Koerselman onderzoekt de implicaties voor ons actueel politiek bestel: isolationisme versus kosmopolitisme?
Het laatste hoofdstuk gaat over zingeving. Is er nog behoefte aan religie? Of kunnen we beter een radicale keuze maken voor humanisme, waarin de visie centraal staat dat de mens het recht heeft om als individu te worden erkend? Het antwoord is dat er ruimte moet blijven voor zowel de seculier-humanistische als de religieuze dimensie. Een tussenpositie dient mogelijk te blijven. Er is vooral behoefte aan een herwaardering van ouderwetse waarden zoals trouw, beleid en moed.
Een belangrijk boek dat psychotherapeutisch georiënteerde psychiaters motiveert om actief te participeren aan het maatschappelijk debat.
M. Hebbrecht, psychiater-psychoanalyticus, Sint-Truiden