Praktijkboek ROM in de ggz II. Implementatie en gebruik bij verschillende doelgroepen
Dit ‘praktijkboek’ is het vervolg op een eerder praktijkboek (Buwalda e.a. 2011) over routine outcome monitoring (rom), dat zich vooral richtte op het gebruik en de implementatie van rom in de algemene ggz voor volwassenen. Met dit tweede praktijkboek richt de redactie zich op de toepassing van rom bij patiënten met specifieke problemen, handicaps en in andere levensfasen (dan de volwassenheid tot en met de middelbare leeftijd). Daarbij gaat het om kinderen, pubers en adolescenten, ouderen, patiënten met autisme, patiënten met verslavingsproblematiek, patiënten uit de forensische psychiatrie, patiënten in de ziekenhuispsychiatrie, dove en slechthorende patiënten en patiënten met een verstandelijke beperking in combinatie met ernstige gedragsstoornissen.
Aan dit ‘praktijkboek’ schreven maar liefst 38 auteurs mee, van wie de meesten uitvoerend of beleidsmatig betrokken zijn bij de implementatie van rom binnen de instelling waar zij werkzaam zijn. Alleen aan het openingshoofdstuk, over de ervaringen van patiënten, schreef een patiëntenvertegenwoordiger mee.
De samenstellers benadrukken dat rom ‘de transparantie en kwaliteit van het primaire proces’ moet verhogen. rom moet dus in de eerste plaats een bruikbaar instrument zijn voor patiënt en behandelaar. Dit boek maakt duidelijk dat het zo ver nog lang niet is. Zo divers als de besproken doelgroepen zijn, zo overeenkomstig zijn de problemen die in de verschillende hoofdstukken naar voren komen. Vragen waarmee bij eigenlijk elke besproken doelgroep wordt geworsteld, zijn: zijn er voor de doelgroep gebruikersvriendelijke en gevalideerde meetinstrumenten? Sluiten die meetinstrumenten aan bij de behandeldoelen? Welke rom-instrumenten kunnen patiënten zelf invullen? Wie zijn de relevante informanten over de problemen van de patiënt en over de progressie in de behandeling? Hoe zijn patiënten en behandelaars voor deelname aan rom te motiveren? Lenen de scores op de rom-instrumenten zich voor onderlinge vergelijking tussen afdelingen en instellingen?
Een ‘praktijkboek’ roept de associatie met een handleiding op: een boek dat de lezer leert hoe te werk te gaan. Dit boek maakt de lezer eerder bewust van de problemen dan van de oplossingen. Door de wel erg brede opzet is dit boek vooral interessant voor degenen die het hele veld van de rom willen overzien.
A. Hafkenscheid