Informatie-uitwisseling tussen psychiater en apotheker over niet-opgehaalde medicatie
Achtergrond Medicatieontrouw van mensen met een ernstige psychiatrische aandoening (EPA) heeft een negatief effect op symptomen en is de grootste voorspeller van terugval. Wanneer hulpverleners tijdig worden geïnformeerd dat medicatie niet is opgehaald en daarop kunnen handelen, kan medicatietrouw worden verhoogd. Doel Bepalen van de bruikbaarheid en haalbaarheid van een systeem voor het Signaleren en Melden door Apothekers van Niet Opgehaalde Medicatie voor mensen met een EPA (SMANOM-EPA) binnen het huidig juridisch kader. Methode Het pakket van eisen werd opgesteld op basis van vragenlijsten en telefonische interviews bij psychiaters en apothekers en focusgroepbijeenkomsten met patiënten en naasten. Juristen, ICT-professionals werden geraadpleegd om de juridische en technische randvoorwaarden te formuleren. Resultaten Alle betrokkenen achtten SMANOM-EPA bruikbaar. De administratieve last was een bepalende factor voor de haalbaarheid, en transparantie een belangrijke randvoorwaarde. De informatie-uitwisseling zou veilig kunnen plaatsvinden met bestaande technologie, ondanks de variatie in voorschrijf- en uitgiftesystemen. Echter, de meningen waren verdeeld over de vraag of informeren en documenteren voldoende is of uitdrukkelijke toestemming noodzakelijk is. Conclusie De GDPR en de WGBO borgen de rechten van patiënten op het gebied van het gebruik van persoonsgegevens. Onzekerheid over het juridisch kader en de technologische mogelijkheden dragen bij aan de complexiteit van innovaties ter bevordering van de informatie-uitwisseling tussen behandelaars terwijl de meerwaarde door de betrokkenen en in vergelijkbare innovaties wordt gezien.