Disruptieve gedragsproblemen op de kinderleeftijd: studies naar fenotypische heterogeniteit en neurobiologie in de Generation R Studie
achtergrond Disruptieve gedragsproblemen op de kinderleeftijd zijn sterk voorspellend voor fysieke en geestelijke gezondheidsproblemen en criminaliteit. Een beter begrip van hoe kinderen met disruptieve gedragsproblemen zich ontwikkelen kan ons helpen latere ernstige psychische aandoeningen te begrijpen.
doel Inzichten verkrijgen in de neurologische ontwikkeling van kinderen met disruptieve gedragsproblemen. Hierbij richtten we ons op de fenotypische heterogeniteit en onderliggende neurobiologische achtergronden van disruptieve gedragsproblemen.
methode Alle onderzoeken beschreven in dit proefschriftartikel waren ingebed in de Generation R Studie, een prospectief population-based geboortecohort uit Rotterdam. Data werden onder andere verzameld middels multi-informantvragenlijsten en beeldvormend mri-breinonderzoek.
resultaten Empirisch verkregen dimensies van disruptieve gedragsproblemen waren oppositioneel/ongehoorzaam gedrag, fysieke agressie, prikkelbaarheid en delinquent gedrag. Minder microstructuur van de wittestofbanen was gerelateerd aan delinquent gedrag, als rekening gehouden werd met het multidimensionele karakter van disruptieve gedragsproblemen. Kille-ongevoelige trekken werden gekarakteriseerd door wijdverspreide macro- en microstructurele verschillen in de hersenen.
conclusie Deze onderzoeken laten zien dat disruptieve gedragsproblemen op de kinderleeftijd het best geconceptualiseerd kunnen worden als een complex, multidimensioneel fenotype. Rekening houden met deze multidimensionele heterogeniteit biedt aanknopingspunten voor het vinden van de onderliggende neurobiologische mechanismen. Aangezien disruptieve gedragsproblemen voorspellend zijn voor latere ernstige psychische aandoeningen, is een neuro-ontwikkelingsperspectief op deze gedragsproblemen onontbeerlijk.