Is een gepersonaliseerde benadering bij de borderlinepersoonlijkheidsstoornis zinvol?
achtergrond De borderlinepersoonlijkheidsstoornis (bps) komt vaak tot uiting in de adolescentie, heeft de hoogste prevalentie in de vroege volwassenheid en deze neemt daarna af. De kenmerken veranderen gaande het beloop. Daarmee leent deze stoornis zich goed voor een gepersonaliseerde benadering in een model van stadiëring en profilering.
doel Beschrijven van een klinisch bruikbaar model voor stadiëring en profilering van bps.
methode Literatuuronderzoek naar evidentie voor het definiëren van stadia en risicofactoren in het beloop van bps.
resultaten bps kan beschreven worden in verschillende stadia, variërend van een fase met verhoogd risico, tot een chronische therapieresistente fase. Hoewel specifieke voorspellers ontbreken, zijn er verschillende factoren die de kans op het ontstaan van bps vergroten.
conclusie Stadiëring en profilering kunnen bijdragen aan een meer gepersonaliseerde en evidence-based indicatiestelling bij bps. Vervolgonderzoek is nodig om dit verder te ontwikkelen.