Schizophrenia and psychotic spectrum disorders
Het boek Schizophrenia and psychotic spectrum disorders is gepubliceerd door de Oxford University Press. Het is een handboek dat qua opzet en inhoud erg op ons eigen Nederlandse Handboek schizofrenie doet denken.
Net zoals bij het Nederlands handboek hebben experts uit verschillende disciplines op het gebied van schizofrenie en psychosespectrumstoornissen de hoofdstukken geschreven, in totaal 20. Het boek bestaat uit drie delen. Het eerste deel gaat over de achtergrond en fenomenologie, het tweede deel betreft de pathofysiologie en een blik in de toekomst en het laatste derde deel betreft de behandeling van schizofrenie en psychosespectrumstoornissen.
Het handboek begint in het voorwoord met een prachtige openingszin: ‘People with mental illnessess have long been marginalized or misunderstood’, maar deze zin sluit helaas niet aan op de rest van het voorwoord. Tevens staan in dit handboek, in tegenstelling tot het Nederlandse handboek, geen hoofdstukken die door patiënten of familieleden zijn geschreven. Dit geeft aan dat de psychiatrische praktijk in de VS verschilt van de praktijk in Nederland, waar patiënten en familieleden een steeds grotere rol gaan spelen in het vorm geven van de behandeling (zie ook de ontwikkeling van de zorgstandaarden).
In het eerste deel, over achtergrond en fenomenologie, zit een hoofdstuk ‘Psychoticism due to personality disorders or stress-related phenomena’, waaruit je kan concluderen dat het bredere psychosefenotype tevens door de komst van de dsm-5 meer aandacht geniet. In het hoofdstuk ‘Neuroimaging in schizophrenia’ in het tweede deel, over pathofysiologie, stellen de auteurs voor om met magnetic resonance imaging (mri) alle patiënten met een eerste psychose te screenen. Dit is in Nederland niet gebruikelijk, aangezien het maken van een mri-hersenscan (nog) niet klinisch relevant is. Het hoofdstuk ‘The role of neuropeptides in schizophrenia’ straalt enig optimisme uit.
In deel 3, over de behandeling, valt op dat een heel hoofdstuk is gewijd aan suïcide en non-suïcidale zelfbeschadiging. In dit hoofdstuk pleiten auteurs voor het creëren van ruimte voor een open dialoog met patiënten. Tevens hebben ze in het derde deel hoofdstukken n over de acute behandeling van agressie en over stigma.
Ik concludeer dat sommige onderwerpen in dit handboek een prominentere plaats krijgen dan in het Nederlandse handboek (bijv. suïcide) en andere onderwerpen zoals de lichamelijke gezondheid bij patiënten met schizofrenie ontbreken. Toch geeft het handboek een goed overzicht over de huidige kennis en praktijk van schizofrenie en psychosespectrumstoornissen.
W. Cahn, psychiater, Utrecht