Causality and psychopathology. Finding the determinants of disorders and their cures
‘Causaliteit’ en ‘oorzakelijkheid’ zijn begrippen die binnen de psychiatrie en de psychopathologie een centrale plaats innemen. Enerzijds omdat ze zo noodzakelijk zijn in de klinische praxis en het wetenschappelijke denken, anderzijds omdat er tegelijk zo veel onduidelijkheid over bestaat. Het toekennen van een causale relatie in het gebied van de psychiatrie en de psychopathologie is nooit eenvoudig en is in principe steeds vatbaar voor kritiek. Er bestaat immers slechts een beperkt aantal experimentele proefopzetten die ons in staat stellen effectief te spreken van een causale relatie tussen element X en element Y. Impliceert dit dan dat we niets kunnen zeggen over causaliteit in een setting die niet voldoet aan de criteria van de strikte experimentele controle? In essentie gaat het boek over deze vraag, en dan meer specifiek over de vraag: welke statistische methodieken kunnen worden gebruikt om aan degelijk causaliteitsonderzoek te kunnen doen in de psychopathologie?
Causality and psychopathology is een (bewerkte) neerslag van de vergadering in 2008 van de American Psychopathological Association, in drie delen. In een eerste deel wordt het begrip ‘causaliteit’ geïntroduceerd in de psychopathologie (met een sleutelpublicatie uit 1974) alsook een aantal afspraken erover. Het tweede deel gaat over een aantal nieuwere wiskundige en statistische technieken die kunnen worden geïmplementeerd in de statistische analyse van data. Eigenlijk bestaat het uit capita selecta in het psychopathologisch causaliteitsdenken. Een derde deel ten slotte gaat over de toekomst van psychopathologisch onderzoek met betrekking tot het causaliteitsdenken.
Van meet af aan is de teneur van het boek duidelijk: het is geschreven voor onderzoekers, of clinici met een (onbedwingbare statistische) nieuwsgierigheid naar de methodologische onderbouwing van causaliteit binnen de psychiatrie. Sommige hoofdstukken vormen een introductie in een aantal domeinen van het causaliteitsbegrip, andere zijn te beschouwen als statistische verdieping in specifieke analysetechnieken. Al met al is het een boeiend boek, maar ik heb de indruk dat het geschreven is voor ‘ the advanced researcher ’ oftewel de onderzoeker, klinisch al dan niet experimenteel, die de grenzen van zijn of haar statistische kennis wil aftasten en zich wil verrijken met nieuwe kennis. Om ook voor de ‘doordeweekse’ clinicus belangrijk te zijn, mist het boek een klinische insteek en een klinische achtergrond. Ik veronderstel dat het boek te vinden is in de boekhandel onder de noemer ‘statistiek en methodologie’. Daar hoort het perfect thuis.
Ronny Bruffaerts