Prevalentie van psychische aandoeningen en trends van 1996 tot 2009; resultaten van NEMESIS-2
achtergrond Er is weinig bekend over prevalentie en trends van psychische aandoeningen in de Nederlandse bevolking.
doel Beschrijven van de prevalentie ooit in het leven (‘lifetime’) en in de voorgaande 12 maanden van de dsm-iv-stemmings-, angst-, middelen- en externaliserende stoornissen in de Netherlands Mental Health Survey and Incidence Study-2 (nemesis-2). Tevens vergeleken wij de 12-maandsprevalentie van stemmings-, angst- en middelenstoornissen met schattingen uit de eerste studie (nemesis-1).
methode Tussen november 2007 en juli 2009 werden face-to-face-interviews uitgevoerd met de ‘Composite International Diagnostic Interview 3.0’ bij 6646 personen van 18-64 jaar. Trends in psychische aandoeningen werden onderzocht met deze data en nemesis-1-data uit 1996 (n = 7076).
resultaten De lifetimeprevalentie in nemesis-2 was 20,2% voor stemmingsstoornis, 19,6% voor angststoornis, 19,1% voor middelenstoornis en 9,2% voor aandachtstekort- of gedragsstoornis. Voor aandoeningen in de afgelopen 12 maanden waren de percentage respectievelijk 6,1, 10,1, 5,6 en 2,1. Tussen 1996 en 2007-2009 veranderde de 12-maandsprevalentie van angst- en middelenstoornis niet. Die van stemmingsstoornis daalde iets, maar dit was niet meer significant na correctie voor verschillen in demografische variabelen tussen beide studies.
conclusie Deze studie laat zien dat in Nederland psychische aandoeningen frequent voorkomen. In ongeveer een decennium werd geen duidelijke verandering in de psychische gezondheidstoestand van de bevolking gezien.