Etnische verschillen tussen pro Justitia gerapporteerde verdachten
achtergrond Allochtone patiënten met een ernstige psychiatrische stoornis worden vaker gedwongen opgenomen dan autochtone patiënten.
doel Beschrijven van etnische verschillen in prevalentie van psychiatrische stoornissen, mate van toerekeningsvatbaarheid en behandeladviezen bij pro Justitia gerapporteerde verdachten.
methode Er werd gebruikgemaakt van de gegevens van 14.540 rapportages pro Justitia die in de periode 2000-2006 werden opgesteld in Nederland waarbij de etniciteit bekend was. Autochtone, westerse, Turkse, Marokkaanse, Surinaamse, Antilliaanse en overige niet-westerse verdachten werden onderling vergeleken met χ2-toetsen en logistische-regressiemodellen.
resultaten Psychotische stoornissen en gedragsstoornissen kwamen vaker voor bij allochtone dan bij autochtone verdachten, terwijl alle andere psychiatrische stoornissen minder vaak in de allochtone groep voorkwamen. Allochtone verdachten werden vaker als volledig toerekeningsvatbaar beoordeeld dan autochtone. Bij Antilliaanse, Marokkaanse en Surinaamse en overige niet-westerse verdachten werd vaker gedwongen opname in een psychiatrisch ziekenhuis geadviseerd of geen behandeling en minder vaak ambulante behandeling. Er waren geen etnische verschillen wat betreft een advies voor terbeschikkingstelling met verpleging of voor medicatie als bijzondere voorwaarde bij een voorwaardelijk strafdeel.
conclusie Allochtone verdachten worden enerzijds vaker toerekeningsvatbaar geacht en krijgen anderzijds vaker een advies voor gedwongen opname in een psychiatrisch ziekenhuis in vergelijking met autochtoon Nederlandse verdachten.