In wankel evenwicht. Over stress, levensstijl en welvaartsziekten
Het menselijk stresssysteem kan worden vergeleken met een balans die zorgt voor optimale aanpassing van het organisme aan wisselende omstandigheden. Wanneer deze balans uit evenwicht raakt kunnen aanpassing en bescherming omslaan in ondermijning, met ziekte als gevolg. De Vlaamse psychiater en hoogleraar medische en gezondheidspsychologie Van Houdenhove, die diverse boeken over onder meer chronische pijn en chronische vermoeidheid publiceerde, besteedt een belangrijk deel van dit boek aan het uitleggen van de werking van het stresssysteem. Begrippen als hypothalamus-hypofyse-bijnieras (hpa-as), resilience, ontsteking, immuunactivering, psychoneuro- endocrinologie, allostasis en allostatic load worden toegankelijk door zijn zorgvuldige toelichting. Een tweede deel is gewijd aan de zogenaamde functionele somatische syndromen zoals het chronischevermoeidheidssyndroom, fibromyalgie en het burn-outsyndroom, door de auteur liever stressgebonden syndromen genoemd. Hij besteedt veel aandacht aan de vraag waarom het stresssysteem bij sommigen zoveel kwetsbaarder is dan bij anderen. Het laatste hoofdstuk, 'In balans blijven', is het enige hoofdstuk dat rechtvaardigt dat het boek in de zelfzorgreeks van de uitgever is terechtgekomen. Aloude adviezen ('wees matig', 'beweeg', 'ontspan', 'onderhoud je relaties') worden nu neurobiologisch onderbouwd en blijken effectief om een allostatic crash te voorkomen. Het boek is voorzien van een verklarende woordenlijst en een indrukwekkende lijst noten en referenties. Hierin wordt, vaak met commentaar waardoor het belang van het artikel goed in te schatten is, verwezen naar relevante literatuur die bijgehouden is tot 2004. Alleen al hierom is het boek een waardevol bezit. Het boek is geschreven voor een breed publiek, dat varieert van geïnteresseerde net-niet leken tot professionals in de gezondheidszorg. Het geeft een goed overzicht van de neurobiologie, waarbij het gebruik van de Nederlandse taal een bijkomend voordeel is. Het is daardoor bij uitstek geschikt voor studenten geneeskunde en psychologie, maar biedt tegelijkertijd ook steun aan behandelaars die zich soms machteloos voelen bij de behandeling van patiënten met functionele somatische syndromen. Als kritiek kan gelden dat het boek zelf niet helemaal 'in balans' is. Sommige onderwerpen worden te breed uitgesponnen en zijn minder goed onderbouwd dan andere - een gevaar dat op de loer ligt als geput wordt zowel uit wetenschappelijke bronnen als uit de media. Ook leidt het gebruik van toegankelijke taal soms tot wat flauwe woordgrapjes zoals 'rattenvrijwilligers'. Dat neemt niet weg dat ik het boek met plezier gelezen heb en zeker wil aanraden aan iedereen die meer wil weten over de neurobiologische aspecten van stress.
J.P. Tuijl