Acute mental health nursing. From acute concerns to capable practioner
Dit boek omvat elf hoofdstukken die elk één relevant aspect van het verpleegkundig werk op een acute psychiatrische afdeling behandelen. Het is een verdienstelijk werk, sober geïllustreerd, maar met een aantal zeer interessante hoofdstukken. Maar niet alle delen zijn evenwaardig. Vooral de laatste delen van het boek, inzake cognitieve gedragstherapie, psychosociale interventies en medicatiemanagement blijven te inleidend en bieden te weinig toegevoegde waarde voor ervaren hulpverleners. Het eerste deel behandelt de verpleegkundige anamnese. Curran en Rogers stellen een aantal instrumenten voor, gericht op de verschillende doelgroepen. Hierbij valt het op dat zij de specifiek verpleegkundige instrumenten (bv. M. Gordon methodiek, pecc (Psychosis Evaluation tool for Common use by Caregivers) niet opnemen. In een volgend hoofdstuk laat men een 'gebruiker' aan het woord. Faulkner geeft een aantal aanbevelingen om 'acute zorg te overleven'. Je verwacht eigenlijk een ongenuanceerd verhaal, maar zij geeft een aantal plausibele verklaringen voor de tekorten in de zorg en benadrukt de individualisering van de zorg (via de verpleegkundige organisatievorm patiëntentoewijzing) én het belang van responsabilisering. Het deel over case management in het Verenigd Koninkrijk en de vs is boeiend door de praktijkrelevantie. Ook de volgende hoofdstukken zijn van een gelijkwaardig niveau. Zeker actueel is het deel over geïntegreerde zorgpaden. Naast de promotie van (meetbare) multidisciplinaire standaardzorgplannen, waarin evidence-based richtlijnen opgenomen zijn, wordt het betoog stevig onderbouwd door literatuur. Het deel over de toezichtfunctie (hoofdstuk 8: 'Observatie') vind ik verplichte literatuur voor elke verpleegkundige op een acute afdeling. De auteurs Jones en Jackson werken een viertal toezichtniveaus concreet uit. Zij stellen vast dat er grote verschillen bestaan in observatieprocedures, zowel tussen als binnen voorzieningen, zelfs tussen psychiaters op één en dezelfde afdeling, met vaak een sterk wisselende verpleegkundige inbreng in het besluitvormingsproces. Kortom, een meer dan lezenswaardig boek, dat een aantal erg verpleegrelevante thema's behandelt. Elk hoofdstuk bevat overigens een uitgebreide bibliografie. Volledig in de Angelsaksische traditie ligt de nadruk evenwel eenzijdig op het gedragsmatige en minder op de emotionele belevingsaspecten, het intrapsychische proces of op wat de patiënt bij de hulpverlener teweegbrengt. In heel het werk vind je niet één verwijzing naar psychodynamische concepten, en dat blijft toch ook een belangrijk referentiekader voor het psychiatrisch- verpleegkundige werk.
F. Abrahams