Klinische behandeling van meervoudige persoonlijkheidsstoornis: indicaties en voorwaarden
De indicaties voor klinische behandeling van patiënten met een meervoudige persoonlijkheidsstoornis worden aangegeven. Categorale behandeling verdient de voorkeur boven het behandelen binnen een algemene psychiatrische afdeling. Besproken worden de factoren die van belang zijn voor de keuze tussen begeleiding of een traumaverwerking. De invulling van de randvoorwaarden (middelen en medewerkers) wordt geconcretiseerd.
De meest recente Noordamerikaanse richtlijnen (ISSD 1994) geven aan dat er een grote diversiteit van opvattingen bestaat ten aanzien van de klinische behandeling van patiënten met een meervoudige persoonlijkheidsstoornis (MPS) of dissociatieve identiteitsstoornis (DSM-IV 1994). Doel van dit artikel is een bijdrage te leveren aan de uitwisseling van klinische ervaring om te komen tot een ruimer behandelingsaanbod voor een, naar het zich laat aanzien (Van der Hart 1993), ongedacht grote groep patiënten. Vooral de voetangels en klemmen bij de behandeling binnen een gespecialiseerde categorale afdeling voor MPS-patiënten worden besproken. Veel van de problemen en aangegeven oplossingen gelden overigens evenzeer voor niet-categorale afdelingen.