4-Chloor-Amfetaminen toeval en gerichtheid bij de ontwikkeling van
nieuwe antidepressiva
Het therapeutische effect van antidepressiva pleegt in verband gebracht te worden met hun vermogen de hoeveelheden functioneel actief 5-hydroxytryptamine (5-HT) en/of noradrenaline in de hersenen te vergroten. Door de ontwikkeling van enige verbindingen met selectieve invloed op de centrale 5-HT stofwisseling — te weten p-chloro-N-methylamfetamine (CMA) en p-chloro-amfetamine (4-CA) — werd het mogelijk deze hypothese nader te evalueren. Allereerst werd de invloed onderzocht van CMA en 4-CA op de 5-HT stofwisseling bij de mens. Op grond van hun biochemische werkzaamheid werden de volgende voorspellingen gedaan en vervolgens getoetst: 1) CMA en 4-CA zijn antidepressiva. 2) De antidepressieve potentie van 4-CA overtreft die van CMA. 3) CMA en 4-CA beïnvloeden de motoriek maar weinig, zijn derhalve selectieve stemmingsverbeteraars. De eerste predictie werd bevestigd; de beide anderen niet. De mogelijke oorzaken hiervan worden besproken en wegen voor verder onderzoek aangegeven. Er wordt tenslotte op gewezen dat de monoaminenhypothesen in zake het werkingsmechanisme van antidepressiva, de mogelijkheid openen het onderzoek naar nieuwe antidepressiva meer richting te verschaffen en uit te lichten boven het niveau van de zuivere empirie.